Een e-mail sturen naar Aad? Zijn e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Engelfrieten overzicht

Naar beneden 

Straatnamen en buurten van Rotterdam






Historisch Nieuwsblad - 3 nummers voor EUR 9.00


Adverteren bij Daisycon              Adverteren bij Daisycon             Adverteren bij Daisycon             Adverteren bij Daisycon             Adverteren bij Daisycon

Adverteren bij Daisycon            

Adverteren bij Daisycon

Denksport Kruiswoord Varia - Kruiswoord Varia; de leukste variaties op de eeuwenoude kruiswoord hersenkraker.



AANBEVOLEN

Op zoek naar boeken over Rotterdam?

Klik dan op deze link

Zoek je iets anders dan Rotterdam?

Kan ook:





















Op zoek naar de betekenis van een straatnaam of buurt in Rotterdam?

Hans heeft er een aantal opgezocht......

Vanzelfsprekend kun je gebruik maken van het zoekcommando CTRL-F (werkt alleen voor deze pagina) of zoeken via onze search engine, hiermee vind je alles op onze site:

Klik hier als je wilt zoeken via Aad's Freefind search engine, vul in het venster jouw woord in, bijvoorbeeld Aelbrechtskolk en klik op ENTER




Op zoek naar de betekenis van een straatnaam of buurt in Rotterdam?






ROTTERDAMSE STRAATNAMEN EN BUURTEN.





Haagseveer.
De naam Haagseveer is lang synoniem geweest met het Hoofdbureau van Politie, dat er zijn ingang had. Met het gereedkomen van de nieuwbouw in 1993 werd de ingang verplaatst naar het Doelwater en verdween de benaming uit het spraakgebruik. De aanwezigheid van het politiebureau aan het Haagseveer is niet toevallig. In 1622 werd langs het Haagseveer de tweede Doele gebouwd. Nadat in 1811 de Bataafse Republiek door Frankrijk was ingelijfd, werd de rechterlijke macht gereorganiseerd en kreeg Rotterdam een "rechtbank van eerste aanleg". De zittingen vonden aanvankelijk plaats in het stadhuis aan de Kaasmarkt, maar al snel betrok met de Doele aan het Haagseveer. Het gebouw bleek niet te voldoen en men besloot de oude Doele te slopen en te vervangen door een nieuw gebouw. De rechtbank bleef tot 1899 aan het Haagseveer, waarna intrek werd genomen in een nieuw pand aan de Noordsingel. Het verlaten pand werd ingericht als politiebureau. Op den duur voldeed ook dit gebouw niet meer. In 1936 werd het gesloopt, waarna, tussen 1936 en 1937, een nieuw hoofdbureau van stadsbouwmeester A.van der Steur aan het Haagseveer verrees.
Ooit was het Haagseveer slechts de naam van de oostelijke kade langs de Delftsevaart, een onderdeel van de vaartweg van Overschie naar de Nieuwe Maas. Via deze waterwegen kon men via de Schie nar Delft en verder. Zoals de naam aangeeft, vertrok van het Haagseveer een veerdienst naar Den Haag. De kade werd in het noorden afgesloten door de Delftsepoort. In het midden van de 17de eeuw kwam de naam Haagseveer voor het eerst voor. In de 19de eeuw ging de naam van de kade over op dit deel van de Delftsevaart, waardoor kade en water dezelfde naam kregen. Na 1940 werd het Haagseveer in zuidelijke richting uitgebreid (tot de Meent) met een deel van de Westewagenstraat.




Hang
Eén van de oude straatnamen uit de vooroorlogse stad die terugkwam in het herbouwde centrum na de oorlog is het Hang (1942). De naam duidt waarschijnlijk op een bokkinghang, waar de vissers de haring te drogen hingen. Het Hang liep van Grotemarkt naar Noordblaak evenwijdig aan de Steigersgracht en maakte net als deze een scherpe bocht. Frantisek Skroup, componist van het Tsjechisch volkslied, woonde en werkte in het Hang 31.




Halstraat
Aan de voormalige Boterhal, in 1662 aan de Nieuwemarkt gebouwd (gesloopt in 1923), ontleend de Halstraat zijn naam. Vóór de oorlog vormde de Halstraat een onderdeel van de Pannekoekstraat; sinds 1952 loopt de Halstraat tussen Pannekoekstraat en de Goudsesingel.




Haringvliet
Zowel haven als kaden tussen Oudehaven en Boerengat heten Haringvliet. De haven ontstond omstreeks 1575. De naam komt van de schepen voor de haringvisserij die hier een ligplaats vonden. Na de vissersschepen kwamen eerst de zeeschepen en later de binnenvaartschepen. Van 1595 tot 1598 werden de kaden bebouwd. De zuidzijde heette vanwege de deftige herenhuizen ook wel Rijkelui's Haringvliet. Nu nog zijn daarvan enkele voorbeelden te zien.




Hartelkanaal
In het westelijk havengebied (Botlek, Europoort, Maasvlakte) sluit het Hartelkanaal (1966) aan op de grote vaarwegen. Hartel is de naam van een buurtschap in Spijkenisse, waaraan ook Hartelweg (1963), Hartelbrug(1967) Kleine Hartelsluis (1967) en de Hartelkering (1996) hun naam ontlenen.




Hartmanstraat
In het voormalige lanengebied (de huidige wijk Cool) ten westen van Rotterdam had Harmen Hartman enige bezittingen. Naar hem werd in de 17de eeuw de Hartmanslaan genoemd., die in 1897 werd omgedoopt in Hartmanstraat. Na de oorlog ontstond in de nieuwgebouwde straat een uitgaansgebied met zaken als El Amra, Alexandea en Blue Note en in de omgeving Embassy Club, Eden Club, Seven Club en zaken in de Witte de Withstraat.




Harwichweg
Vanuit Hoek van Holland vertrekken dagelijks veerboten naar Groot-Brittannië. De weg door het dorp naar het station is genoemd naar Harwich, de bestemming aan de andere zijnde van de Noordzee.




Havenstraat
Als onderdeel van Schielands Hoge Zeedijk heette de Havenstraat voor de samenvoeging (1886) van Rotterdam en Delfshaven: Rotterdamschedijk. Daarom zegt men "op de Havenstraat"in plaats van "in de Havenstraat".




Heemraadssingel
Na de oorlog, met de schaarste aan kantoorruimte in de stad, werden veel grote woningen aan de Heemraadssingel omgebouwd tot kantoren. In de statige panden woonden in de loop der tijd vele prominenten en notabelen. De singel werd aangelegd naar een ontwerp van G.J.de Jongh, de directeur van Gemeentewerken. In 1902 werd de in 1894 vastgestelde naam Heemraadsweg gewijzigd in Heemraadssingel. De naam verwijst naar de heemraden van Schieland.




Heer Bokelweg
Op de plaats van de Heer Bokelweg lag voorheen de Bokelstraat (1887-1940). Beide straatnamen herinneren aan het middeleeuwse geslacht Bokel, heren op het Hof van Weena en het slot Bulgersteyn.




Heemraadsplein
In Rotterdam-West wonen veel Kaapverdianen. Zo kon het gebeuren dat het Heemraadsplein door hen Het plein van de arme sloebers werd genoemd, of, in het Portugees: Pracinha d'Quebrôd. In 2001 werd een straatnaambordje met die naam op het plein onthuld.




Heijplaat -Tuindorp
Ingeklemd tussen havenbekkens, rangeerterreinen en bedrijfsterreinen ligt op een schiereiland in de Nieuwe Maas de wijk Heijplaat. De naam verwijst naar een zandplaat in de rivier. In 1913 besloot de gemeente grond aan de daar in 1902 gevestigde Rotterdamse Droogdokmaatschappij (RDM) ter beschikking te stellen. Directeur M.G.de Gelder wilde naar Engels model een tuindorp bouwen voor zijn arbeiders. Aanvankelijk werden tussen 1914 en 1918 op een L-vormig terrein 400 arbeiderswoningen gebouwd naar ontwerp van de Amsterdamse architect H.A.J.Baanders. Er waren voorts drie identieke kerken, voor elke gezindte één. Verder bevatte de wijk woningen voor employés, een wijkgebouw, een jonggezellenhuis, winkels, scholen, een bibliotheek en een was- en badinrichting. De grote zaal achter uitspanning Courzand kon worden gebruikt als theater of bioscoop, maar ook voor vergaderingen. De straten in Heijplaat werden genoemd naar de bij de RDM gebouwde of gerepareerde schepen. Heijplaat ie een echt tuindorp, met laagbouw met hoge puntdaken in een pittoreske architectuur met veel groen. De rust contrasteerde aangenaam met de bedrijvigheid van de scheepswerf. De vrijstaande woningen voor het kantoorpersoneel aan de Couzandseweg heetten in de volksmond het Gouden Randje. Het tuindorp betekende een geweldige verbetering voor de arbeiders die in veelal onhygiënische rug-aan-rug en alkoofwoningen woonden. Helemaal filantropisch was een fabrieksdorp als tuindorp Heijplaat niet. De arbeiders waren snel oproepbaar bij noodreparaties aan schepen, waren minder snel ziek door de gezonde woonomgeving en konden hun loon niet verbrassen omdat er geen alcohol werd geschonken. In de jaren twintig werd Heijplaats door architect S.de Clercq in identieke stijl uitgebreid met 180 woningen. In de jaren vijftig werden door architect J.W.C.Boks nog 300 woningen in eenvoudige woonblokjes bijgebouwd. Door de teloorgang van de RDM kwam Heijplaat in 1980 onder beheer van woningbouwverenging Onze Woning. De bewoners bestreden in 1990 met succes gemeentelijke sloopplannen. Begin 2002 werd een grootscheepse renovatie van naoorlogse woningen aangekondigd.




Helmersstraat
Op de Kop van Zuid kreeg op 5 november 1993 een aantal straten in de woonwijk tussen de Spoorweg- en de Binnenhaven namen die verwijzen naar het joods verleden van de stad. Tijdens de Tweede Wereldoorlog moesten de Rotterdamse joden zich hier in Loods 24 melden, waarna ze via Kamp Westerbork in Drenthe werden afgevoerd naar de vernietigingskampen van de nazi's. Op de plaats waar de loods stond, werd het Plein Loods 24 aangelegd. Eén van de straten in deze buurt heet Helmersstraat, als verwijzing naar de vooroorlogse Helmersstraat, bij de Kruiskade, die voor de oorlog een sterk joods karakter had. Negentig procent van alle Rotterdamse joden woonde in deze buurt. Andere straten met joodse namen op de Kop van Zuid zijn de Eric Kropstraat, de Levie Vorstkade, de Louis Pregerkade en de Eva Cohen-Hartogkade. Bij het bombardement in mei 1940 werd ook de Helmersstraat vernietigd. De straat was in 1883 genoemd naar de dichter-koopman Jan Frederik Helmers (1767-1813). De Helmersstraat (en de nabijgelegen Ammanstraat) werd voornamelijk bevolkt door het joodse proletariaat, dat door de economische crisis van de jaren dertig zwaar werd getroffen. Vlak voor de oorlog trokken veel joodse bewoners weg naar toenmalige nieuwbouwwijken als Bergpolder en Blijdorp. De straat was befaamd om de feestviering op Koninginnedag op 31 augustus,. Tussen de huizen hing een "plafond"van vlaggen en aan het begin van de straat bouwden bewoners een poort van takken en met joodse symbolen, zoals davidsterren. De Helmersstraat won meerdere keren de eerste prijs in de wedstrijd voor de mooist versierde straat. In 1996 werden op voor joods Rotterdam belangrijke plekken plaquettes opgehangen. In totaal kwamen er negen. Op de plaats waar de Helmersstraat liep hangt nummer 1. Op de uiterste pilaar van de VSB-bank aan de zuidkant van het Weena is hij als blijvende herinnering vastgeschroefd.




Henegouwerlaan
Als onderdeel van de tunneltraverse is de Henegouwerlaan een drukke weg in het verlengde van de 's-Gravendijkwal. De naam herinnert aan het Huis Henegouwen. De vier gaande leeuwen in het wapen van Rotterdam zijn afkomstig uit het wapen van Henegouwen.




Hermesplantsoen
In 1963 schonk het Rotterdamsch Studenten Corps bij het 50-jarig bestaan de stad een beeldje van het hondje Fikkie. Het werd geplaatst op het Hermesplantsoen, een pleintje bij de kruising Nieuwe Binnenweg/Westersingel. Het pleintje werd genoemd naar de studentensociëteit Hermes.




Hertelkade
Langs de Scheepsmakershaven loopt aan de zuidkant, gedeeltelijk onder het Nedlloyd-gebouw, de Hertelkade. De kade dankt zijn naam aan de voormalige bierbrouwerij, later suikerraffinaderij 't Witte Hart, aan de Scheepsmakershaven bij de Bolwerk. De Hertelkade heette tot 1881 de Doodehoek, maar op verzoek van de bewoners werd de naam gewijzigd. De panden aan de Hertelkade overleefden het bombardement van 1940 en de oorlogshandelingen rond de Maasbruggen. Voor de aanleg van de waterkering langs de Maas (als vervanging van de Hoogstraat) werden de huizen alsnog gesloopt. In afwachting van sloop werden leegstaande panden bewoond door kunstenaars, die er hun atelier vestigden.




Hillegersberg
In 1983 werd Hillegersberg (samen met Schiebroek) een Rotterdamse deelgemeente. Hierdoor kreeg het voormalige dorp weer enige mate van zelfstandigheid, die in 1941 bij de annexatie door Rotterdam verloren ging. De kern van het dorp is gelegen op een zandheuvel, een zogenoemde zonk, in het omringende veengebied. Volgens de legende zou de reuzin Hillegonda, zand in haar schort hebben vervoerd. Toen het schort scheurde, ontstond Hillegersberg. Op de "berg" staan de Hillegondakerk en de ruïne van het kasteel, dat in 1426 werd verwoest. Hillegersberg ontwikkelde zich van veendorp tot forenzendorp. Ook na de annexatie trokken veel gegoede Rotterdammers naar Hillegersberg.




Hillelaan
De straten langs de in 1888 gegraven Rijnhaven werden in 1892 Rijnhaven Noordzijde, Oostzijde en Zuidzijde genoemd. De straat aan de westzijde heet echter sinds 1894 de Hillelaan. Bij de Hillelaan duikt de metrobaan van de Erasmuslijn onder de grond.




Hillesluis
De wijk Hillesluis in de deelgemeente Feijenoord op Rotterdam-Zuid ontstond uit een buurtschap rond en omstreeks 1530 aangelegde sluis, waardoor de Hillepolder uitwaterde op de Nieuwe Maas. De oudste, inmiddels gesloopte bebouwing bevond zich in de omgeving van het kruispunt van de Beijerlandselaan en de Putselaan. De buurtschap breidde zich stapsgewijs uit, eerst langs bestaande dijken en wegen, later ook ertussen. Na 1920 ontstonden de drukbezochte winkelstraten de Beijerlandselaan en de Groene Hilledijk, samen de Boulevard Zuid genoemd. Aan de rand van de woonwijk kwam industrie, zoals de scheepswerven van Piet Smit en Burgerhout en de krattenfabriek van de Emba.




Hoek van Holland
Sinds 1972 is Hoek van Holland een deelgemeente van Rotterdam. Al eerder in 1947 werd in Rotterdam aan Zee een wijkraad ingesteld om de wederopbouw van het zwaargehavende dorp aan de mond van de Nieuwe Waterweg voortvarend ter hand te nemen. Sindsdien maakte Hoek van Holland een rustige ontwikkeling door, maar er bestaan plannen voor een grondige metamorfose, waarbij de uitgangsgelegenheden en hotelcapaciteit flink zullen uitbreiden. Daarnaast is voorzien in 1.100 nieuwe woningen en een tweede ontsluitingsweg.
Den Houck van Schravesant komt al voor op 16de-eeuwse kaarten. Deze zandplaat ontstond na de Sint-Elisabethsvloed toen de loop van de Maas naar het zuiden was verplaatst. De zandplaat groeide uit tot een haakwal, waarachter duinen en kleigronden ontstonden en die in de 19de eeuw steeds meer het scheepvaartverkeer belemmerde.
In 1863 besloot de regering ten behoeve van een nieuwe scheepvaartverbinding naar Rotterdam de Hoek van Holland te doorgraven. Het betekende het begin van de nederzetting Hoek van Holland, de Oude Hoek genaamd. In 1872 werd de Nieuwe Waterweg in gebruik genomen. De aanleg van de spoorlijn en de start van de veerdienst op Harwich omstreeks 1900 betekende de ontwikkeling van een ander gebied, de Nieuwe Hoek.
Het dorp maakte aanvankelijk nog deel uit van 's-Gravenzande, maar de problemen in de snel groeiende nieuwe woonkern groeiden het bestuur van de plattelandsgemeente boven het hoofd. Op verzoek van de bewoners ging Hoek van Holland in 1914 deel uitmaken van Rotterdam, waarna publieke voorzieningen als riolering en waterleiding werden aangelegd. Omdat tijdens de Tweede Wereldoorlog Hoek van Holland voor een groot gedeelte militair gebied ("Sperrgebiet") werd, moest meer dan de helft van de bevolking het dorp verlaten. Hun huizen werden ontruimd of gesloopt om plaats te maken voor de bouw van bunkers. Voor een deel zijn deze nog steeds aanwezig in Hollands "gewoonste" badplaats, ook wel "Rotterdam aan zee" genoemd.




Hofdijk
Het Gemeentearchief Rotterdam is sinds 1998 gevestigd aan de Hofdijk, die liep naar het Hof van Weena. De dijk werd aangelegd om het Hof te beschermen tegen het water. Het Hof wordt al in 1306 genoemd, de Hofdijk is minstens zo oud.




Hofje van Gerrit de Koker
In 1992 werd aan de Sionstraat in Kralingen het hofje van Gerrit de Koker geopend. Het is het vierde van die naam. Het eerste hofje werd in 1784 geopend aan de Goudsesingel. De nieuwbouw uit 1906 ging in 1940 verloren.




Hoflaan
Kralingen is grofweg te splitsen in twee delen: het Kralingen van de lanen en het Kralingen van de straten. Het eerste, oostelijke deel van de wijk is het deftige gedeelte. De Hoflaan is één van de lanen; andere zijn de Slotlaan, de Vijverlaan (en Vijverweg) en de Essenlaan. De Hoflaan ontleent zijn naam aan het Hof of Slot Honingen, waarvan het de oprijlaan was. Het slot werd voor het eerst genoemd in 1297 en het ligt voor de hand te veronderstellen dat de Hoflaan minstens zo oud is. De ruïne van het slot werd in 1672 afgebroken, waarna de laan werd verhard met het puin van het slot. Toen het verkeer toenam, werd de sloot aan de westzijde van de Hoflaan gedempt. Door de vele bomen in de straat bleef het landelijke karakter van de laan behouden. Al aan het eind van de 18de eeuw verrezen in de Hoflaan en omgeving grote buitenhuizen. Deze werden vooral door Rotterdammers bewoond, die de drukke en ongezonde binnenstad ontvluchten. Later vestigde er zich ook Kralingers vanuit het oorspronkelijke dorp Kralingen bij de Kralingseweg, waar door vervening steeds minder grond beschikbaar was.
De Hoflaan kreeg zodoende een afwisselend karakter, zowel qua bebouwing als bewoning, wat hij tot de 21ste eeuw heeft behouden. Eén van de vooraanstaande bewoners van de Hoflaan was burgemeester P.J.Oud. Op 4 mei 1945 trok, bij het vernemen van geruchten over capitulatie van de Duitsers, een grote menigte Rotterdammers naar zijn woning om hem een spontane ovatie te brengen. Ook Ouds opvolger Van Walsum woonde in de Hoflaan. Het Kralingse Volkshuis heeft heel lang een onderkomen in de Hoflaan gehad. Aan beide zijden van de Hoflaan staat een kerk, in het zuiden (bij de Oostzeedijk) de katholieke Sint-Lambertuskerk(1870), in het noorden (bij de Oudedijk) de hervormde Hoflaankerk(1842).




Hofplein
Het Hofplein is in het naoorlogse Rotterdam een overzichtelijke rotonde met een monumentale fontein in het midden. Coolsingel, Pompenburg, Schiekade en Weena komen erop uit. Dat was voor de oorlog anders. Toen was het Hofplein een schier onontwarbaar verkeersknooppunt, waarvoor de beroemde stedenbouwkundige Berlage tot tweemaal toe een nieuw ontwerp maakte. Uiteindelijk werd in 1939 een begin gemaakt het plein volgens een plan van stadsbouwmeester Witteveen opnieuw in te richten, waarbij de Delftse Poort moest worden verplaatst. De oorlog kwam tussenbeide, de Delftse Poort werd beschadigd en niet meer herbouwd. Het Hofplein ontleent zijn naam aan het Hof van Weena.




Hofstedestraat
De gereformeerde predikant Petrus Hofstede (1716-1803) stond van 1749 tot 1770 in Rotterdam. Daarna was hij, tot zijn dood, hoogleraar aan de Illustere School. Naar hem werd in 1920 de Hofstedestraat genoemd. De Kaapverdiaanse Omroeporganisatie is gevestigd op nummer 36.




Hogebanweg
Rotterdam kent twee wegen met de naam Hogebanweg. De ene (de Tweede Hogebanweg) loopt in Overschie, de andere ligt op de grens met buurgemeente Schiedam. Zij zijn beide genoemd naar de heerlijkheid Hogenban bij Overschie, die eigendom was van Rotterdam.




Holletje, 't
In het villawijkjes tussen Ringvaart en Kralingseweg worden het Bovenover en het Onderlangs verbonden door 't Holletje. In het Rotterdams dialect is een hol de benaming voor een hellende weg.




Hondiusstraat
Er zijn in Rotterdam twee schilders met de naam Hondius (of de Hondt) geweest. Abraham (ca. 1625/1630-1691) is de bekendste. Naar hem is in 1900 de Hondiusstraat genoemd. Isaac (ca. 1640-1716) was waarschijnlijk een zoon of jongere broer van Abraham.




Honingerdijk
Het onderdeel van Schielands Hoge Zeedijk dat langs Park Honingen loopt, het verlengde van de Oostzeedijk, heet sinds 1895 de Honingerdijk. De naam Honingen kwam al in 1297 voor, het was de naam van het slot van de heren Kralingen.




Hoofdsteeg
De naam Hoofdsteeg kwam in het naoorlogse Rotterdam wel terug (ter plaatse van de bibliotheek), maar werd in 1972 vervallen verklaard. De Hoofdsteeg was één van de oudste straten van de stad en liep van de Hoogstraat naar het havenhoofd.




Hoofdweg
In 1916 werd aan de belangrijkste verkeersweg van Rotterdam naar Gouda en Utrecht de naam Hoofdweg gegeven. Die functie is intussen overgenomen door de A20. De Hoofdweg loopt langs het Bedrijventerrein Prins Alexander, meubelboulevard Alexandrium en het Bedrijventerrein Hoofdweg.




Hoogstraat
Aan het begin van de 21ste eeuw is de Hoogstraat een enigszins verwaarloosde winkelstraat (in het bijzonder het gedeelte tussen Westewagenstraat en Binnenrotte), die een opknapbeurt goed kan gebruiken. Vroom & Dreesmann en Anson's (het voormalige Peek & Kloppenburg) bij de entree vanaf het Beursplein gaven het goede voorbeeld, verderop lijkt de schaal van de winkelpanden te klein voor een succesvolle aanpak. Vóór 1940 was de Hoogstraat een winkelstraat, waarvan werd gezegd, dat men er over de hoofden kon lopen. Ook nu is het er soms erg druk, maar dan vooral als doorgangsstraat op marktdagen,. Met recht kan de Hoogstraat de oudste straat van Rotterdam worden genoemd. Hij loopt, tussen Beursplein en Oostplein, over Schielands Hoge Zeedijk, die Rotterdam beschermde tegen het rivierwater. Onderdeel van deze dijk is de dam in de Rotte, waarmee deze aan het einde van de 13de eeuw werd afgedamd. Op deze Rotte-dam ontstond de stad. De naam Hoogstraat kwam voor het eerst voor in 1396 als vervanging van de benamingen Oosteinde, Middeldam en Westeinde, die een ruimere betekenis hadden dan alleen de straat. De Hoogstraat heeft zijn functie van waterkering behouden tot omstreeks 1960, toen deze rol werd overgenomen door de op deltahoogte gebrachte Boompjes en Maasboulevard.
In de loop der eeuwen hebben veel belangrijke gebouwen aan de Hoogstraat gestaan. Er stonden kerken, een stadhuis, het gerecht, het gasthuis, maar ook bioscoop Thalia van Abraham Tuschinski, wiens kantoor via de deur van het geboortehuis van Erasmus kon worden bereikt. Omdat de Hoogstraat een dijk is, zeggen de Rotterdammers niet "in de Hoogstraat", maar "op de Hoogstraat" en niet "door de Hoogstraat maar "over de Hoogstraat".




Hoogvliet
De deelgemeente Hoogvliet telt ongeveer 37.000 inwoners. Tot 1934 was Hoogvliet een zelfstandige gemeente met een agrarisch karakter. De vestiging van de Shell-raffinaderij in 1936 tussen Pernis en Hoogvliet zette de grote verandering in: boerderijen werden gesloopt en huizen voor de"olie-werknemers"verrezen. Na de Tweede Wereldoorlog werd Hoogvliet van dijkdorp tot satellietstad. De nieuwe wijken schoten als paddestoelen uit de grond. Door een grenswijziging met Poortugaal werd Hoogvliet in 1985 nog uitgebreid. Hoogvliet geldt enigermate als een probleemwijk. Vanaf 2001 wordt een groot herstelplan voor verbetering van het woon- en leefklimaat uitgevoerd, waarbij eenderde van de woningen wordt vernieuwd.




Hooidrift
Tussen de Heemraadssingel en de Delfshavense Schie loopt de Hooidrift, op de plaats waar ooit een watertje van de naam liep. Het liep in 1334 door het dorp Schoonderloo en kwam daar via een sluis uit de Nieuwe Maas.




Hooimarkt
Tussen Nieuwehaven en Haringvliet is de Hooimarkt een klein straatje, dat ongeveer op de plaats ligt van de vooroorlogse Hooimarkt. Het marktpleintje ontstond in 1689 na demping van een dwarshaventje.




Hordijk
Langs de naoorlogse wijken van Groot IJsselmonde slingert zich de Hordijk. Het was de bedoeling dat de dijk (evenals de Kerkedijk) zou verdwijnen, maar door veranderde inzichten in de jaren zeventig bleef hij gespaard. De Hordijk is al heel oud. In 1446 werd besloten gezamenlijk een dijk aan te leggen. De naam betekent (waarschijnlijk) dat de dijk is versterkt met horden, vlechtwerk van rijshout. Hordijk is een veel voorkomende achternaam.




Hordijkerveld
In de deelgemeente IJsselmonde is de buurt Hordijkerveld genoemd naar de nabijgelegen Hordijk. De straatnamen zijn ontleend aan aardrijkskundige namen met het achtervoegsel '-dijk'. Hordijkerveld is een typische uitbreidingswijk uit de jaren zestig: laagbouw en portiekflats omgeven door openbaar groen.




Horsten, De
Het noodoostelijk, oudste deel van Zuidwijk heeft straatnamen met het achtervoegsel -horst en heet daarom De Horsten. Tussen 1949 en 1953 werden de 750 voornamelijk duplex-woningen gebouwd in het industriële bouwsysteem RBM met de kenmerkende betonnen gevelplaten. Hiermee werkte architect Van Tijen ook in Delft, Vlaardingen en Den Haag. De renovatie begon eind jaren tachtig; vanaf 1993 werd de wijk wegens slechte bouwkundige kwaliteit grotendeels gesloopt en vervangen door nieuwbouw.




Horvathweg
De weg die Rotterdam en Schiedam buiten de bebouwde kom met elkaar verbindt, heette korte tijd Westlandseweg. De naam werd in 1961 gewijzigd in Horvathweg naar de Schiedamse stedenbouwkundige J.M.Horváth (1907-1960). In 2001 werd een fietspad naast de autoweg aangelegd.




Houtlaan
In 1702 werden door het stadsbestuur bij de stadsuitbreiding buiten de Schiedamsepoort (het Nieuwe Werk, niet ver van de Zalmhaven) erven uitgegeven voor houtkoperijen. Aanvankelijk heette de straat langs de opslagterreinen Houtstraat; sinds 1800 staat de straat bekend als Houtlaan.




Hudsonstraat
De Hudsonstraat (1910) in Delfshaven is (evenals het Hudsonplein, 1911) genoemd naar de Engelse ontdekkingsreiziger Henry Hudson (1565-1611), in dienst van de VOC. De straat loopt langs het spoorwegenemplacement, dat de wijk Bospolder scheidt van de bedrijven langs de rivier.




IJsselmonde
De deelgemeente IJsselmonde draagt dezelfde naam als het voormalige, in 1941 door Rotterdam geannexeerde dorp. IJsselmonde is ook de naam van het eiland waarop het ligt. Het dorp kreeg zijn naam vanwege de ligging tegenover de monding van de Hollandse IJssel. De oudste vermelding, als Islemunda, dateert uit 1072. De jaar stichtte de Utrechtse bisschop Willem van Gelder het eerste kasteel van IJsselmonde, dat vier jaar later werd verwoest door de Hollandse graaf Dirk V. Floris Oem van Wijngaarden bouwde in 1483 het tweede kasteel van IJsselmonde, dat in 1489 door jonker Frans van Brederode werd verwoest. Omstreeks 1550 stichtte Hendrik van Merode, de nieuwe ambachtsheer van IJsselmonde, het derde kasteel. Dit zou langer staan. Pas in 1900 werd het gesloopt, niet door een nietsontziende vijand, maar door de eigenaar, mr. Cornelis Bichon van IJsselmonde, zelf.
Na een (gewonnen) conflict met de gemeente Rotterdam over een aan te leggen strekdam besloot hij IJsselmonde te verlaten en niets achter te laten.
IJsselmonde was van oudsher een agrarisch dorp, met monumentale boerderijen op de vruchtbare klei. Op de rivier werd naar zalm gevist, tot in de 20ste eeuw door vervuiling van het water de zalm verdween. De 20ste eeuw bracht meer veranderingen. Er kwam scheepsbouw (de werven van Piet Smit, Burgerhout en later Verolme) en na de Tweede Wereldoorlog werden de vruchtbare polders volgebouwd met woonwijken. IJsselmonde werd Groot IJsselmonde,. Niet alles veranderde. Sinds 1978 wordt in IJsselmonde weer paardenmarkt gehouden, een traditie die teruggaat tot 1701, maar in 1950 was opgehouden. Rond de Adriaen Janszkerk is het op die dag een drukte van belang in het oude dijkdorp.
Eeuwenlang heeft er tussen IJsselmonde en Kralingseveer een overzetveer gevaren. De weg naar het veer in Kralingseveer heet, heel toepasselijk IJsselmondselaan (1922). Naar Islemunda werden in 1960 een straat en een pad genoemd.




IJzerstraat (1ste en 2de)
De straat in Delfshaven langs de fabriek van Stokvis heet sinds 1909 IJzerstraat vanwege de industriële activiteiten in het pand. In 1928 werd de straat gesplitst in de 1ste en 2e IJzerstraat. Het tussenstuk werd onderdeel van het Heiman Dullaertplein.




Insulindestraat
Reder Fop Smit liet vóór 1870 bij de Bergweg de buitenplaats Insulinde bouwen. Voor de aanleg van de elektrische spoorlijn naar Den Haag omstreeks 1900 moest veel bebouwing wijken. De Insulindestraat (1902) loopt langs het spoor over de voormalige buitenplaats.




Izekebetstraat
De naam Isaäc Huberstraat wordt in de volksmond al snel verbastert tot Izekebetstraat. Een andere bijnaam voor de straat was Peerdestrontstraat, omdat hier een remise was van de Rotterdamse paardentram.




Jaffa
Een buurt met de naam Jaffa kwam al in 1542 in de omgeving van de Oudedijk voor. Tegenwoordig is het Jaffa ook een straatnaam (in het verlengde van de Vlietlaan).




Jan van Loonslaan
In 1613 werd aan de Jan van Loonslaan een joods kerkhof aangelegd. De laan (tussen Vondelweg en Jonker Fransstraat) dateert uit 1602 en werd genoemd naar de eigenaar, apotheker Jan van Loon. In de 18de eeuw luidde de naam Moordernaarslaantje.




Javastraat
De doodlopende Javastraat in het Tweede Nieuwe Werk loopt achter de statige panden aan de Westerkade (1855, architect P.Vermaas). Er woonden veel prominente Rotterdamse families (Van Tolk, Fruin, Pieters, Gleichman), maar ook Dirk Hannema, de directeur van Museum Boymans.




Jericholaan
Naar een voormalige buitenplaats Jericho aan de Oudedijk werd in 1900 de Jericholaan genoemd. Jericho kwam al in de 16de eeuw voor. De voorname laan loopt over het voormalige terrein van de buitenplaats van de Oudedijk naar de Kralingse Plas.




Jongkindstraat
Aan de Jongkindstraat (1929), genoemd naar de schilder, staat twee opmerkelijke witte villa's: het Huis Sonneveld en op de hoek Jongkindstraat/Museumpark het Chabotmuseum. Na mei 1940 werd hier een tijdelijk winkelcentrum gevestigd en in de jaren vijftig en zestig een autobusstation.




Jonker Fransstraat
De wijken Oude Noorden, Crooswijk en Rubroek zijn via de in 1866 aangelegde Jonker Fransstraat met het stadscentrum verbonden. De straat werd genoemd naar jonker Frans van Brederode (1466-1490). In 14898, tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten, hield hij als Hoeks aanvoerder Rotterdam enige tijd bezet. Hij gebruikte de stad als uitvalsbasis voor strooptochten in de omgeving. Rotterdam had zwaar te lijden en herstelde slechts langzaam van de opgelopen schade.




Jufferstraat
Aan de 17de eeuwse scheepswerf De Geldersche Joffer dankt de vooroorlogse Jufferstraat, tussen de Wijn- en de Scheepmakershaven, zijn naam. In de herbouwde stad keerde de Jufferstraat terug (1944). In 1949 werd één van de pieren in de Leuvehaven Jufferkade genoemd.




Kaasmarkt
In het vooroorlogse Rotterdam lag de Kaasmarkt aan de zuidkant van de Botersloot, ongeveer waar de Centrale Bibliotheek staat. Sinds 1611 verkochten de kaasverkopers hier hun producten. Het oude stadhuis stond aan de Kaasmarkt. De naam kwam na de oorlog niet terug.




Kaatsbaan
In vroeger tijden was de Kaatsbaan een open plein voor de kerk in het dorp Charlois waar de kaatssport werd beoefend. Langs het voormalige raadhuis (later politiebureau) en het postkantoor komt de Kaatsbaan via een "hol" uit op de Grondherendijk.




Kanaalweg
Ten zuiden van het Schie-Schiekanaal loopt, in het verlengde van de Gordelweg in de Blijdorpse polder, de naar dit kanaal genoemde Kanaalweg (1928). Aan de Kanaalweg bevindt zich, naast het sportcomplex van voetbalclub Steeds Hooger, de enige camping van Rotterdam.




Kandelaar, De
Aan de westzijde van de Delftse Schie, op de grens van Kethelpolder en Oost-Abtspolder, ligt het buurtschap de Kandelaar, die zijn naam ontleende aan de herberg De Candelaar, die hier in het begin van de 17de eeuw was gelegen. De herberg was genoemd naar de lichtbron, die schepen bijlichtte bij het afmeren. Het landelijk gelegen buurtschap, alleen vanuit Schiedam en Delft te bereiken, ziet de uitbreidingswijken van drie kanten oprukken.




Kapelstraat
Tussen de Willem Buytewechtstraat en de Westzeedijk in Delfshaven loopt de Kapelstraat, die herinnert aan de Sint-Jacobskapel in Schoonderloo, waarvan de ruïne pas in de 19de eeuw werd afgebroken. De kapel stond op de (eveneens verdwenen) Algemene Begraafplaats van Delfshaven.




Kapitein Imanhof
Achter de woningen achter het Haringvliet (noordzijde) ligt de Kapitein Imanhof. Deze naam verwijst naar de Kapitein Imansteeg, die daar voor mei 1940 lag en was genoemd naar kapitein Yeman Symonsz (1542-1596). De naam werd vaak verbasterd tot Kapitein Niemanssteeg.




Kapiteinsbuurt
Een wijkje op het terrein van de VOC-werf in Delfshaven heette de Kapiteinsbuurt. Het was de verzamelnaam van '12 fatsoenlijke huizen'. In 1988 kreeg een nieuwe straat deze oude naam.




Karel de Stouteplein
Tussen het voortrazende verkeer over Wolphaertsbocht en Doklaan vormt het Karel de Stouteplein een groene oase in de dichtbevolkte stadswijk Charlois. Vele jaren stond midden in het plantsoen een houten muziektent, waar de muziekvereniging van Charlois menig concert hebben gegeven.




Karel Doormanstraat
In het naoorlogse stratenpatroon werd een straat genoemd naar schout-bij-nacht Karel Doorman (1889-1942). Tijdens de Tweede Wereldoorlog ging hij tijdens een zeeslag in de Javazee met zijn vloot ten onder. Aan de straat staat zijn borstbeeld van beeldhouwer Willem Verbon.




Karl Marxstraat
In de wijk Lombardijen is een groot aantal straten genoemd naar filosofen. De Karl Marxstraat ontleent zijn naam aan de Duitse econoom/filosoof Karl Marx (1818-1883), bekend als grondlegger van het communisme. In de naar hem genoemde straat staan alleen kapitale villa's.




Karnemelksland
Op het bedrijventerrein de Laagjes in Lombardijen draagt een straat sinds 1991 de naam van de voormalige polder Karnemelksland. De naam is oud er kwam al in de 16de eeuw voor. In 1851 werd Karnemelksland samen met de oostelijk gelegen polder Varkenoord tot één waterschap verenigd, dat in 1957 werd opgeheven. In het begin van de 20ste eeuw werd in Karnemelksland grond aangekocht voor de bouw van Tuindorp Vreewijk.




Kasteelweg
In 1550 werd ten westen van IJsselmonde door Hendrick van Merode een kasteel gesticht. Het was van 1722 tot 1900 eigendom van de familie Bichon. De laatste eigenaar liet het kasteel slopen. De Kasteelweg (1959) loopt nabij het voormalige kasteel.




Katendrecht
Ingeklemd tussen de Rijnhaven en de Maashaven ligt de wijk Katendrecht. Het heeft de wijk de bijnaam De Kaap opgeleverd. De officiële naam is ontleend aan het gelijknamige dorp, dat bij het graven van de Maashaven grotendeels verdween. Ongeveer 700 woningen werden gesloopt, 3.500 bewoners moesten een nieuw onderkomen zoeken. De naam Katendrecht is al heel oud. Drecht betekent veer of waterloop, maar de betekenis van het voorvoegsel is onbekend. Katendrecht lag op de route naar het zuiden, het veer sloot aan op de Dordtsestraatweg. Pas in 1968, bij de opening van de metro, werd het opgeheven.
In 1199 is de naam voor het eerst genoteerd. In de 14de eeuw had Katendrecht, net als de rest van het Eiland van IJsselmonde, veel te lijden onder overstromingen. In de 15de eeuw werd het gebied successievelijk herdijkt. Van 1811 tot 1816 vormde het dorp samen met Charlois één gemeente. Tot 1874 was Katendrecht zelfstandig, waarna het weer met Charlois werd verenigd. In 1895 werden Charlois en Katendrecht door Rotterdam geannexeerd.
Katendrecht bezat na de Eerste Wereldoorlog het grootste Chinatown van Europa. Omstreeks 1930 verbleven er zo'n 3.500 Chinezen. De meesten waren als stoker en tremmer op schepen werkzaam, maar door de economische crisis waren veel van hen werkloos. Katendrecht kent, zo midden in het havengebied, ook een geschiedenis als rosse buurt. Prostitutie was er ook vóór de Tweede Wereldoorlog al te vinden, maar door de verwoesting van de uitgaanswijk op en om de Schiedamsedijk, bleef alleen Katendrecht over.
Begin jaren zeventig riepen de agressieve methoden van de prostitutiewereld veel verzet op, wat uiteindelijk leidde tot de sluiting van de bordelen.
Met het verdwijnen van de havenbedrijven langs de Maashaven en langs de rivier bij de Katendrechtse Havens tegen het einde van de 20de eeuw ontstond ruimte voor nieuwe woningbouw langs het water.




Katendrechtse Lagedijk
Nog steeds slingert de Katendrechtse Lagedijk zich, als een herinnering aan het verre verleden, van de oude kern van het dorp Charlois in de richting van Katendrecht door de 20ste eeuwse wijken van Charlois. De dijk werd al in de 15de eeuw ten zuiden van de polder Katendrecht aangelegd. Hier en daar is nog iets van de oude bebouwing te zien. De functie van verkeersweg is overgenomen door de parallellopende Wolphaertsbocht.




Katshoek
Aan de oostzijde van het station Hofplein loopt het Katshoek (1956), een herinnering aan de vooroorlogse, gelijknamige straat. Er zijn vele gissingen over de herkomst van de naam. Waarschijnlijk is de 16de eeuwse herberg "De kat"aan de Rotte de naamgever.




Keerweer
Het korte straatje tussen Binnenwegplein en Westblaak met de opmerkelijke naam Keerweer (1952) ligt ongeveer op de plaats van de vooroorlogse Keerweerlaan. Deze laan liep dood, wat de naam verklaart.




Keilehaven
In de wijk Nieuw Mathenesse wordt de Keilehaven begrensd door de Keilestraat en de Keileweg. De haven werd in 1910 gegraven in de voormalige Keilepolder, oorspronkelijk een buitengors aan de rivier. De naam Keile betekent waarschijnlijk nauwe doorgang of opening.




Keileweg
Aan de aanwezigheid van een tippelzone ontleend de Keileweg in het westelijk havengebied(bij de Vierhavenstraat) zijn bekendheid. Na de sluiting van de G.J.de Jonghweg als stedelijke tippelzone, wees het gemeentebestuur deze locatie aan. De afwerkplekken op het terrein werden speciaal voor dit doel, met schotten en afvalbakken, ingericht. In 2001 werd er camerabewaking aangelegd. Vooral de drugs verslaafde prostituees en travestieten hebben van de Keileweg hun werkterrein gemaakt.




Keizerstraat
Tussen Blaak en Hoogstraat werd in 1624 de Keizerstraat aangelegd. De naam is ontleend aan het huis "de Keyser" op de hoek met de Blaak. Voor 1940 liep de Keizerstraat tot de Wezenbrug, tussen Steiger en Hoogstraat liep de Wezenstraat.




Keizerswaard
Het eind jaren zestig gebouwde Groot IJsselmonde is opgedeeld in een aantal wijken, waarvan de straten gelijkluidende achtervoegsel hebben. Het centrum van de "waardenbuurt"is het winkelcentrum Keizerswaard (1970), dat een functie heeft voor heel de deelgemeente. In de jaren negentig kreeg het winkelcentrum een grondige opknapbeurt en werd volledig overdekt. Daardoor bestaat zelfs de mogelijkheid op het dak te parkeren. Door de nabijheid van de secretarie van de deelgemeente IJsselmonde (De Klimmende Bever) en het busstation kan de Keizerswaard worden gezien als het hart van de deelgemeente. De naam Keizerswaard is afgeleid van de polder Keizers-Guldenwaard in de Biesbosch.




Kerkedijk
In 1977 werd de 15de eeuwse Kerkedijk opgesplitst in een Noorder en een Zuider Kerkedijk. Deze dijk was onderdeel van de Oostpolderschedijk gelegen om de polder Oost-IJsselmonde (1436) en eigendom van de Hervormde Gemeente van IJsselmonde die voor het onderhoud zorgde.




Kerkepad
De stichting van de Delfshavense Kapel (1417) luidde het verval in van de 13de eeuwse Schoonderloose Kerk, die tot kapel degradeerde. Het Kerkepad loopt naar de plaats waar deze kapel stond. In 1927 werd de in de volksmond bestaande straatnaam officieel.




Kiefhoek
Begin jaren negentig werd de wijk Kiefhoek (1928-1930) van architect J.J.P.Oud op Rotterdam-Zuid op bijzondere wijze gerestaureerd. Wegens een kostenbesparing van 300 gulden per woning waren de arbeiderswoningen destijds niet onderheid. Na sloop van het rijksmonument werden de woningen alsnog onderheid en zorgvuldig gereconstrueerd. De kleine woningen werden samengevoegd en intern aangepast aan hedendaagse eisen.
In de jaren twintig werd veel gemeentelijke woningbouw op Zuid gerealiseerd, zoals de betondorpen Kossel en Stulemeijer. Ook bij de Kiefhoek, genoemd naar het dorpje Kijkhoek bij Zwijndrecht, werd aanvankelijk aan beton gedacht, maar dit bleek uiteindelijk veel te duur. De witgepleisterde bakstenen gevels en platte daken geven wel een effect van betonbouw. Het kleurgebruik (rode voordeuren, gele raamkozijnen en blauwe hekjes) is afgeleid van De Stijl. Door een efficiënte verkaveling, gebaseerd op het slotenpatroon van de Hillepolder, was het mogelijk het beoogde woningaantal in twee lagen te realiseren in plaats van in etagebouw. De wijk bestond uit 294 woningen, twee winkels, een waterstokerij en twee pakhuizen/werkplaatsen. Tijdens de bouw werd een kerk voor de Hersteld Apostolische Zendingsgemeente toegevoegd. Teneinde dit gebouw architectonisch te laten aansluiten bij de wijk, maakte Oud gratis een ontwerp: een eveneens witgepleisterde, rechthoekige doos. De gerestaureerde kerk is in gebruik bij het Leger des Heils. De woningen waren bedoeld voor grote gezinnen met een laag inkomen. Allerlei voorzieningen zoals een douche, een ingebouwde opklapbare strijkplank, een wastafel op de overloop en andere extra's werden uiteindelijk wegbezuinigd. De woning is klein, maar functioneel ontworpen. Met drie bedden in de voorkamers en een tweepersoonsbed achter kon een gezin met zes kinderen op 61 vierkante meter wonen. Oud vergeleek de plattegrond met een T-Ford, de eerste in grote aantallen gefabriceerde autoeen "woon-Ford".
Een woning aan het Hendrik Idoplein 2 fungeert als museumwoning en is, compleet met alle inbouwmeubilair, in de oorspronkelijke staat gereconstrueerd.




Kipstraat
De Kipstraat loopt van de Goudsesingel naar het Groenendaal en staat daarmee haaks op de vooroorlogse Kipstraat, die evenwijdig aan de Hoogstraat tussen Botersloot en Goudsewagenstraat liep. Al in 1373 kwam een straat met de naam Kipsloot voor. De Kipsloot was oorspronkelijk de binnendijkssloot langs de Hoogstraat (Schielands Hoge Zeedijk). Toen de sloot in 1860 werd gedempt, werd de naam gewijzigd in Kipstraat. De oorsprong van de naam is onbekend.




Klaverstraat
Eén van de eerste straten buiten de kom van het dorp Charlois was de Klaverstraat in 1900. Er stonden twee scholen: De Eben-Haëzerschool (1913) en de Dr.De Visscherschool (1923) (het latere Dienstencentrum). De voetbalclub CVV speelde aan de Klaverstraat.




Kleine Visserijstraat
In 1922 werd in de wijk Tussendijken de Kleine Visserijstraat naar de walvisvaart genoemd. Het aantal schepen voor de walvisjacht was kleiner dan dat voor de haringvangst (de Grote Visserij).




Kleinpolder
De wijk Kleinpolder in Overschie, genoemd naar de kleinste polder in dit gebied, wordt doorsneden door de rijksweg A13. Tussen 1947 en 1955 werden hier in hoog tempo vooral portiekflats gerealiseerd in een open verkavelingsplan van de stedenbouwkundige Lotte Stam-Beese.




Kleinpolderplein
De T-splitsing van de rijkswegen A13 en A20, die ook aansluit op de tunneltraverse, heette van 1932 tot 1958 het Blijdorpplein, maar werd herdoopt in Kleinpolderplein. Het imposante verkeersplein op vier niveaus verving tussen 1967 en 1971 de oude rotonde. Het is een knap staaltje ingenieurskunst, niet alleen vanwege de eerste toepassing van fraai gebogen fly-overs, maar ook door de bouw op slappe veengrond, terwijl dagelijks 50.000 auto's passeerden. Het verkeersplein, in de jaren negentig voorzien van geluidsschermen, verliest na de aanleg van de verlengde A4 en van een noordelijke rondweg mogelijk zijn cruciale rol in de verkeersafwikkeling rond Rotterdam.




Kleiweg
In 1419 komt de Kleiweg voor het eerst voor. Naast een Kleiweg zonder voorvoegsel bestaan de Oude, de Korte en de Overschiese Kleiweg en de Dwarskleiweg. De weg loopt op de oeverwal van een stroompje door het veen, waarop klei werd afgezet. Dit verklaart de naam en bovendien het slingerend verloop. Door de verhoogde ligging deed de weg dienst als waterkering. De Kleiweg verbond de dorpen Overschie en Hillegersberg.




Kogelvangerstraat
Waar nu de Kogelvangerstraat (1900) in het Oude Westen loopt, lag vroeger de kogelvanger van de schietbaan van de Koninklijke Scherpschutters. In een zandheuvel, de kogelvangers, werden de kogels opgevangen.




Kolk
In 1981 kreeg het plein ten westen van de Gemeentebibliotheek de straatnaam Kolk. De oorspronkelijke Kolk, een gegraven waterloop die de Oudehaven verbond met de Steigersgracht, werd na het bombardement gedempt met oorlogspuin. De naam stamt uit de 17de eeuw.




Koningin Emmaboulevard
In 1998 werd de Koningin Emmaweg langs de Nieuwe Waterweg in Hoek van Holland na een ingrijpende opknapbeurt omgedoopt in Koningin Emmaboulevard. Aan het eind staat het Expo Waterwegcentrum. Vanaf de boulevard heeft men een mooi uitzicht op de drukke scheepvaart.




Koningin Emmaplein
Een halfrond plein aan de zuidzijde van de Westzeedijk werd in 1890 Koningin Emmaplein genoemd naar koningin-regentes Emma (1858-1934), de tweede echtgenote van koning Willem III. De bouwmaatschappij Westzeedijk gaf de naam, die werd overgenomen door het gemeentebestuur. Vanwege de voorname architectuur (van J.C.van Wijk) en de rijke bewoners kreeg het plein de bijnaam "Rijkeluishofje". Na de Tweede Wereldoorlog werden veel panden in gebruik genomen als kantoor. Aan het plein is de woning van de aartsbisschop van Rotterdam (op nr. 3). Op nr. 1 is uitgeverij Ad.Donker gevestigd. In het plantsoen staat een grote vaas van H,.P.Berlage.




Koninginnenhoofd
In 1892 werd als blijvende herinnering aan het bezoek van Koningin Emma en haar dochter koningin Wilhelmina aan de Linker Maasoever (1891) de kop van de Wilhelminakade het Koninginnenhoofd genoemd. Koninginnenhoofd 1 is het enige adres (van Hotel New York).




Koninginneweg
In de jaren twintig van de 20ste eeuw was de Koninginneweg, genoemd naar koningin Wilhelmina, één van de eerste uitbreidingen van het dorp IJsselmonde. De weg loopt haaks op de rivierdijk (Bovenstraat) de polder in. Door de aanleg van de A16 is een gedeelte overdekt.




Koopvaardijhof
Een aantal straten op het Noordereiland (zoals de Marinestraat uit 1880) herinnert aan het Nederlandse zeewezen. De in 1982 aangelegde Koopvaardijhof bij het Antwerpse Hoofd sluit bij deze traditie aan.




Kop van Zuid
Met het verplaatsen van de havenactiviteiten naar het westen kwamen oude haven- en industriegebieden vrij voor een nieuwe (woon)-functie. Op de Kop van Zuid, een circa 125 hectare groot gebied tussen Entrepothaven, Spoorweghaven en Wilhelminakade, ontstond sinds de jaren tachtig een moderne, grootstedelijke wijk.
Tijdens de eerste Architecture International Rotterdam van de Rotterdamse Kunststichting (1982) presenteerde een viertal buitenlandse ontwerpers een eerste visie op het totale plangebied, waarmee de weinig avontuurlijke plannen van de gemeente voor standaard woningbouw in de sociale sector werden gepasseerd ten voordele van een integraal stedenbouwkundig plan. Daarin waren behalve 5.000 woningen in verschillende prijsklassen ook 40.000 vierkante meter kantoren, 30.000 vierkante meter recreatieve en culturele voorzieningen, 30.000 vierkante meter onderwijsvoorzieningen en 3.500 vierkante meter winkels voorzien.
Onder leiding van de directeur Stadsontwikkeling Riek Bakker maakte Teun Koolhaas in 1987 een stedenbouwkundig ontwerp voor het gehele gebied. Met een nieuwe brug en een nieuw metrostation werd het gebied geografisch bij het centrum getrokken. Bestuurlijk viel de Kop van Zuid niet onder de deelgemeente Feijenoord maar onder "de Coolsingel". De Kop van Zuid bestaat uit verschillende onderdelen. Rond het Entrepotgebouw bevinden zich winkels, horeca, woningen en een jachthaven. Aan de Spoorweghaven zijn robuuste woongebouwen verrezen, die herinneren aan oude pakhuizen en oceaanstomers. Ten zuiden hiervan ligt de wijk Stadstuinen met eengezinswoningen, door hogere appartementsflats van de hoofdverkeersroute Laan op Zuid gescheiden. Nog zuidelijker ligt de wijk Parkzicht met woonblokken aan groene hoven. Direct bij de aanlanding van de Erasmusbrug zijn grootschalige kantoorgebouwen gesitueerd nabij metrostation Wilhelminaplein. De Wilhelminapier, waar eens de Holland-Amerika Lijn zetelde, werd ontwikkeld volgens een masterplan uit 1992 van de Engelse toparchitect Sir Norman Foster, die zelf het Wolrd Port Center ontwierp. Behalve kantoorgebouwen zijn hier ook culturele en recreatieve voorzieningen als Luxor, Las Palmas en Hotel New York te vinden en woningbouw in verbouwde pakhuizen en woontorens.




Kootse Kade
De straat tussen Straatweg en Rechter Rottekade heet Kootse Kade (1916) naar oliemolen de Koot, die tot de sloop in 1905 op de hoek bij de Rotte stond. Aan de Kootse Kade staat een remise van de RET.




Korenaarstraat
De twee straten die over het terrein van de vroegere meelfabriek De Korenaar bij de Nieuwe Binnenweg lopen, ontlenen er hun namen aan: de Korenaarstraat (1888) en de Korenaardwarsstraat (1892). De laatste straat heette eerst de Admiraal de Ruyterstraat(1885).




Korperweg
Bij de annexatie van Charlois door Rotterdam (1895) werd de Achterweg omgedoopt in Korperweg naar de Charloisse Korpermolen. De molen ontleende zijn naam aan de "korpers"(karpers) in de polderwetering.




Korte Hoogstraat
Behalve de Hoogstraat bestaat er ook een Korte Hoogstraat, die bijna haaks op de Hoogstraat staat. Voorheen liep de Korte Hoogstraat tot de Boymanshof (het huidige Bulgersteyn), nu tot de Blaak. Aan de Korte Hoogstraat 31 staat het Historisch Museum.




Kortebrandstraat
Tussen de Jonker Fransstraat en de Lombardkade loopt de Kortebrantstraat (1949), genoemd naar de historicus Jacob Kortebrant (1697-1777) De vooroorlogse Kortebrantstraat liep iets zuidelijker, ter plaatse van het noordelijk gedeelte van het Stokviswater. De volksmond sprak soms van Korte Brandstraat.




Kortekade
Langs de tegenwoordige Kralingseplas (de vroegere Noordplas) liepen in het verleden twee dijken. Aan de noordwestzijde de Langekade en aan de zuidoostelijke de Kortekade. Alleen het gedeelte van de Oudedijk tot de Kralingse Plaslaan heet nog Kortekade, het gedeelte langs de plas is de Plaszoom. Tot de aanleg van de Bosdreef in 1963 aan de andere zijde van de plas vormden Kortekade en Plaszoom de uitvalsweg in de richting Utrecht.




Kralingen
De geschiedenis van Kralingen begon met de middeleeuwse ontginningen, waardoor het ambacht van Kralingen ontstond. De vroegste vermeldingen van Kralingen dateren van de dertiende eeuw, waar leden van het adellijke geslacht Van Kralingen ten oosten van de Rotte een gebied (het latere ambacht Kralingen) in leen hielden van de graaf. Met de voortdurende ontwikkeling van het nabijgelegen Rotterdam tot stad raakten veel ambachten na enkele eeuwen onder toenemende invloed van deze stad. Rotterdam verwierf zich in 1576 het recht om in Kralingen een baljuw en een dijkgraaf te benoemen. In 1668 kocht Rotterdam het ambacht in zijn geheel op, waardoor de stad ambachtsheer werd. In 1795, met het uitroepen van de Bataafse Republiek werd Kralingen een zelfstandige gemeente met een eigen gemeentebestuur.
Kralingen heeft niet altijd gelegen waar het nu ligt. In de 19de eeuw verhuisde het dorp van de Veenweg naar de viersprong Oudedijk, 's-Gravenweg, Kortekade en Hoflaan. Door veenafgraving was het oude dorp verdwenen. Alleen de begraafplaats Oud-Kralingen herinnert nog aan het oude dorp. Het ligt op de plaats waar tot 1844 het dorpskerkje stond. Het terrein is wat hoger en bevat een veenlaag die niet is afgegraven.
Aan het einde van de 19de eeuw kreeg Kralingen te maken met een ernstig milieuprobleem. De voor arbeiders aangelegde wijk die grensde aan Rotterdam kampte met grote stankoverlast en dit bebouwde deel van Kralingen moest in verband met de volksgezondheid dringend op de Rotterdamse riolering worden aangesloten. Voor de kleine gemeente Kralingen waren de kosten te hoog. Tegelijkertijd wilde Rotterdam eigendommen die zij bezat in Kralingen, zoals een gasfabriek, ook publiekrechtelijk besturen. Hierop besloot het college van Gedeputeerde Staten van Zuid Holland Kralingen en Rotterdam samen te voegen.




Kralingse Plaslaan.
Ten zuiden van de Kralingse Plas werd omstreeks 1900 de Kralingse Plaslaan aangelegd, aanvankelijk tussen de Kortekade en de buitenplaats Rozenburg. In 1911 werd de laan doorgetrokken tot de Boezem.




Kralingseveer
De Rotterdamse wijk Kralingseveer wordt geheel omsloten door de gemeente Capelle aan den IJssel. De nederzetting is genoemd naar een pontveer tussen Kralingen en IJsselmonde, dat in 1333 voor het eerst werd vermeld, maar mogelijk al ouder was. Het westelijk deel van Kralingseveer behoorde bij Rotterdam, het oostelijk bij Capelle. In 1941 kwam heel het dorp bij de gemeente Rotterdam. Door dijkophoging in de jaren zestig verdween bijna alle bebouwing langs de rivierdijk. In 1976 was er bij een grondruil met Capelle sprake van dat Kralingseveer bij Capelle zou komen. In een referendum kozen de bewoners ervoor Rotterdammer te blijven.




Kralingseweg
Tijdens de droogmaking van de Alexanderpolder werd langs één van de tochten de Kralingseweg (1895) aangelegd, die ten zuiden van het Kralingse Bos loopt. Aan de smalle weg bevinden zich de ingangen van de Rotterdamse Manege en de Kralingse Golfclub.




Kraton
Een buurtje in de voormalige Hillepolder (niet ver van Katendrecht) droeg de naam Katron, naar het paleis van de sultan van Atjeh (Sumatra), dat in 1874 door de Nederlanders werd veroverd. Het buurtje verdween bij het graven van de Maashaven.




Kreekhuizen
De straten in de wijk Kreekhuizen (Groot IJsselmonde), gelegen in de driehoek tussen Olympiaweg, Kreekhuizenlaan en de spoorbaan Rotterdam-Dordrecht, eindigen op -kreek. Het zijn bijna allemaal aardrijkskundige namen. De nabijheid van de Kreekse boezem was aanleiding tot de naamgeving.




Kromme Elleboog
Een zijstraatje van de Witte de Withstraat, voorheen gedeeltelijk onderdeel van de Zwarte Paardenstraat, heet sinds 1974 Kromme Elleboog. De naam verwijst naar de 17de eeuwse benaming Kromme Elleboogslaan voor de latere Boomgaardslaan.




Kromme Zandweg
Door aanleg van het Zuiderpark (vanaf 1952) verdween een groot gedeelte van de Kromme Zandweg. Alleen het gedeelte tussen Zuiderpark en Schulpweg, met molen De Zandweg en enige boerderijen, bestaat nog. Tot ongeveer 1950 liep de weg door tot de Dordtsestraatweg.




Kruiskade
Tussen de Coolsingel en de Karel Doormanstraat loopt de Kruiskade. Van de vooroorlogse bebouwing resteert alleen het Luxortheater en hotel Central. Aan de overkant staat het Hilton Rotterdam. Van de drie bioscopen (Corso, Thalia, Lumière) zijn twee van functie veranderd. Het gebied tussen Coolsingel en Lijnbaan wordt opnieuw ontwikkeld. In het andere deel zijn veel luxueuze winkels. De Kruiskade is waarschijnlijk ouder dan 1389; de eerste vermelding was in 1401.




Kruisplein
Aan het Kruisplein (1949), tussen Stationsplein en Westersingel, bevindt zich de Hogeschool voor Muziek en Dans en de ingang van Congrescentrum de Doelen. Voor de oorlog was het Kruisplein een pleintje bij het begin van de West-Kruiskade en de Diergaardesingel.




Laan van Nooitgedacht
In 1967 kwam in Kralingen het eindpunt van lijn 8 aan de Laan van Nooitgedacht (1928), tot het lijnennet opnieuw werd gewijzigd. De laan, tussen 's-Gravenweg en Kralingsweg, is genoemd naar de boerderij Nooitgedacht, die er ten westen van lag.




Laan van Weltevreden
De Laan van Weltevreden (1989) ligt in een Kralings nieuwbouwwijkje tussen 's-Gravenweg en Kralingseweg op het terrein van de 19de eeuwse ijsclub Weltevreden. Weltevreden is de naam van een voormalige buitenplaats.




Laantjesweg
In 1990 kreeg de weg die in Hillesluis met een scherpe bocht Beijerlandselaan en Slaghekstraat verbindt, de naam Laantjesweg. Hij is genoemd naar een buutje met piepkleine arbeidswoningen, de Laantjes, in 1890 door aannemer Arnold de Boer langs de Slaghekstraat gebouwd. Het laaggelegen buurtje werd omstreeks 1960 gesloopt. Bij zware regenval stonden de laantjes onder water. Veel mannelijke bewoners werkten op de werf van Piet Smit en in de haven.




Lage Land, Het
De Prins Alexanderpolder vormt met zes meter beneden NAP het laagste punt van Nederland. Daarom heet de uitbreidingswijk die hier eind jaren zestig werd gebouwd Het Lage Land. Het ontwerp van stedenbouwkundige Stam-Beese bestaat uit laagbouw, portiekflats en hoogbouw in het groen.




Lambertusstraat.
Sint Lambertus is de schutspatroon van Kralingen. De naam van de Lambertusstraat, tussen Oostzeedijk en Oudedijk, komt sinds 1874 voor. In 1875 werd toestemming gegeven op de hoek Oostzeedijk/Hoflaan een katholieke kerk te bouwen.




Lambertweg
De Lambertweg (1927) in Kralingen is genoemd naar de familie Lambert, die drie burgemeesters heeft geleverd: Johannis Lamert (1825-1837), Hendrik Lambert (1851-1867) en Gerard Hendrik Lambert (1874-1895). Na hem werd Kralingen door Rotterdam geannexeerd. De familie bracht vooraanstaande juristen voort.




Land van Hoboken
Pas in 1924, ver na de dood van Anthony van Hoboken (1756-1850) werd de zestig hectare grote driehoekige weidevlakte tussen Binnenweg, Westersingel en Westzeedijk, door de gemeente aangekocht. Tot dan vormde het particuliere Land van Hoboken een groene oase in de stad. Het gebied werd volgens een plan van stadsarchitect Witteveen gedeeltelijk bebouwd: de Rochussenstraat, het oude Unilevergebouw, een villawijkje aan de Jongkindstraat en museum Boijmans Van Beuningen. Het gedeelte tussen Boijmans en de villa Dijkzigt, het woonhuis van Hoboken, werd bestemd tot Museumpark. In de jaren vijftig en zestig werd het westelijk deel bebouwd met het Dijkzigt Ziekenhuis en de Medische Faculteit.




Lands Werf, 's
De straatnaam 's Lands Werf is in 1961 genoemd naar de Lands- of Rijkswerf die daar van 1689 tot 1849 aan het Boerengat lag. De flatgebouwen aan de Maasboulevard hebben er hun ingang. Coen Moulijn is één van de bewoners.




Landstad
Sinds ongeveer 1600 vormt de plattegrond van Rotterdam een driehoek omsloten door de stadsvesten Schiedamsevest, Coolvest, Pompenburgsingel en Goudsevest en de Nieuwe Maas. De stadsdriehoek is onder te verdelen in de Landstad en de Waterstad. De Hoogstraat, onderdeel van Schielands Hoge Zeedijk, vormt de scheiding. De Landstad is het binnendijkse gedeelte (ten noorden van de Hoogstraat), met als zijden: Coolsingel, Goudsesingel en Hoogstraat. De Landstad is het oudste gedeelte van Rotterdam.




Landzicht
Landzicht is een nog steeds bestaand wijkje met noodwoningen uit 1941 in de polder Zestienhoven bij Overschie. Na het bombardement op Rotterdam van mei 1940 werd omliggende gemeenten gevraagd voor onderdak te zorgen. Landzicht is genoemd naar de voormalige buitenplaats Land- en Schiezicht.




Lange Hilleweg
De Lange Hilleweg loopt in een lange rechte lijn langs de wijk Bloemhof. In 1895 werd de Langeweg in de Hillepolder omgedoopt in de Lange Hilleweg. De Langeweg werd (samen met de Korteweg) al in 1529 genoemd.




Lange Torenstraat
Waar de huidige Oppert loopt, lag vóór 1940 een deel van de Lange Torenstraat die was aangelegd op de in 1852/53 gedempte Slikvaart of Stinksloot.




Langegeer
De Langegeer (1920) ontleent zijn naam aan de gelijknamige straat in Delft en is één van de twee singel (met de Lede) in Tuindorp Vreewijk. De singel is een restant van de Vliet, een oude watergang, die de grens vormde tussen de polders Varkenoord en Karnemelksland. Vóór 1895 liep hier de grens tussen de gemeenten Charlois en IJsselmonde. Leen Valkenier, de schrijver van de Fabeltjeskrant, groeide op aan de Langegeer.




Larenkamp
. In de wijk Zuidwijk ligt een buurtje waarvan de straten eindigen op het achtervoegsel -kamp, veel genoemd naar vroegere of bestaande Nederlandse landgoederen. Een landgoed Larenkamp is echter niet bekend. Op de hoek van Larenkamp (1953) en Slinge staat wijkgebouw de Larenkamp met daarin vestigingen van de Gemeentebibliotheek en de Stichting Kunstzinnige Vorming (SKVR). Het voormalige bioscooporgel van bioscoop Colosseum kreeg een plaats in het wijkgebouw.




Lede
In Tuindorp Vreewijk lopen twee singels: de kaarsrechte Langegeer en de slingerende Lede. Bij de aanleg van de Lede is gebruik gemaakt van een bestaande waterloop, waardoor deze het karakter van een stroompje heeft gekregen. De naam Lede betekent waterloop.




Libanonweg
In Kralingen-Oost is een aantal straatnamen afgeleid van de namen van voormalige buitenplaatsen, die voor een deel Bijbelse namen droegen. De naam Libanonweg (1937) sluit hierbij aan. Een gedeelte van de weg loopt ter plaatse van de Libanonstraat uit 1911.




Lijnbaan
Omdat elke buitenwijk in Europa in de jaren zestig een verkeersvrij winkelcentrum kreeg, lijkt het origineel nauwelijks meer bijzonder. Maar de Lijnbaan, het nieuwe winkelgebied in het Wederopbouwplan, betekende na de oorlog een revolutie op stedenbouwkundig gebied. In plaats van winkels met woningen erboven aan weerszijden van een rijweg, zoals bij de Hoogstraat, liggen de winkels aan voetgangerspromenades en worden zij bevoorraad vanuit expeditiestraten aan de achterzijde. De woningen zijn in aparte blokken gesitueerd.
Doordat de concentratie van winkels in noodwinkelcomplexen in de oorlog succesvol was gebleken en ook de ervaring met verzamelgebouwen positief uitviel, waren de winkeliers die bij het bombardement hun eigen pand hadden verloren te interesseren voor een gezamenlijk winkelcomplex. De Lijnbaan, genoemd naar de touwslagerij die hier was gelegen (1667-1845), werd tussen 1949 en 1953 gebouwd. De Korte Lijnbaan, tussen Schouwburgplein en Coolsingel, kruist de lange Lijnbaan tussen Weena en Van Oldenbarneveldtrsaat. Tussen 1962 en 1966 werd de Lijnbaan doorgetrokken naar de warenhuizen aan het Binnenwegplein, mogelijk door de sloop van de barakken van het Coolsingelziekenhuis.
De Hoogstraat was negen meter breed, de Lijnbaan is 12 tot 18 meter breed, waarbij veel zorg is besteed aan de aankleding van de ruimte met beplanting, beeldhouwwerken en aanvankelijk ook volières, Er zijn twee pleinen: het Stadhuisplein en het Lijnbaanplein.
Als overgang tussen interieur en exterieur en als beschutting tegen zon en regen zijn luifels langs de zijden aangebracht. Op 9 oktober 1953 werd de Lijnbaan officieel geopend.
Het ontwerp van Van den Broek & Bakema is in de loop der tijden van karakter veranderd. Luidruchtige spijkerbroekenwinkels en fastfoodrestaurants verdrongen respectabele winkels, rolluiken vervingen de gezellige verlichte etalages en de concurrentie van overdekte winkelcentra werd in de jaren tachtig merkbaar. Tot een overkapping is het niet gekomen, wel wordt het oorspronkelijke concept van de Lijnbaan meer en meer aangetast.




Lijnbaanplein
Om een grote plataan, die oorspronkelijk op het binnenterrein van het Coolsingelziekenhuis stond, te sparen, werd het plan voor de doortrekking van de Lijnbaan naar de Oude-Binnenweg aangepast aan de omstandigheden. Rond de boom werd een pleintje aangelegd, dat in de volksmond het Lijnbaanplein wordt genoemd en een rustpunt vormt in het drukke stadscentrum. Het poortje van de achteringang van het ziekenhuis werd hier na de sloop opnieuw opgetrokken.




Linertonstraat
. De straten in Heijplaat zijn genoemd naar schepen die op de werf van de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij zijn gebouwd. De Linertonstraat (1920) vormt een uitzondering. Het s.s. Linerton werd in 1920 op de RDM-werf gerepareerd nadat zij op de Engelse oostkust in tweeën was gebroken.




Lisplein
In de vijver op het Lisplein kwamen in het verleden veel lisbloemen voor. De vijver ontstond door een vervening in de 18de eeuw. De wijk tussen Bergweg, Gordelweg en het spoorwegviaduct van de Hofpleinlijn heet naar het Lisplein het Liskwartier.




Lombardijen
Omstreeks 1960 werd in het zuiden van de polder Smeetsland onder voormalige dorp IJsselmonde de woonwijk Lombardijen aangelegd. De naam was ontleend aan een oud tiendheerlijkheid in die buurt. Over de herkomst bestaat onduidelijkheid. Mogelijk was de heerlijkheid in handen van Lombarden (geldschieters), die hun naam aan het gebied schonken. Mogelijk is ook dat Jan van Wassenaar, een vroegere eigenaar, na zij overwinning op de Venetianen de naam gaf.




Lombardkade
Als naamsopvolger van de verdwenen Lombardstraat kreeg de Lombardkade in 1942 zijn naam. De Lombardkade loopt langs het Stokviswater. In de Lombardstraat, tussen Binnenrotte en Botersloot en al genoemd in 1357, woonden de Lombarden, oorspronkelijk uit Noord-Italië (Lombardije) afkomstige geldwisselaars.




Lugt, De
In Overschie loopt een straatje met de naam De Lugt, oorspronkelijk de naam van de oude trekweg langs de Rotterdamse Schie, waarop trekpaarden liepen. De tegenwoordige Lugt loopt iets zuidelijker.




Lusthofstraat
. In de wijk Kralingen-Oost vormt de Lusthofstraat een belangrijke winkelstraat. Hij loopt evenwijdig aan de Oudedijk. De straat werd genoemd naar de buitenplaats Lusthof, die al in de 18de eeuw voorkwam. Lusthof liep van de Beneden-Oostzeedijk tot de Groene Wetering.




Maanenstraat, Van
In de wijk Bergpolder zijn de straten genoemd naar politici. De staatsman Cornelis Felix van Maanen (1769-1846) was minister van Justitie. Aan de Van Maanenstraat 8 bevindt zich het Sportfondsenbad.




Maaskade
Langs de noordzijde van het Noordereiland loopt de Maaskade. Hier landt de Willemsbrug aan. Aan de Maaskade staan twee monumentale panden: het pand van jeneverstoker Hulstkamp en het pand van makelaar Ooms, dat eerder toebehoorde aan Swarttouw en daarvoor aan rederij Van Driel. De woningen aan de kade bieden een prachtig uitzicht op de rivier. Het westelijke deel, tussen Sleephellingstraat en Meeuwenstraat, werd tijdens de oorlog verwoest en later herbouwd.




Maasboulevard
Langs de rivier de Nieuwe Maas, van de voormalige ingang van de Oude Haven tot aan de Oude Plantage in Kralingen, loopt de Maasboulevard. De naam werd al in 1959 gegeven, maar de weg werd pas op 1 februari 1965, gelijk met de Van Brienenoordbrug, geopend. De Maasboulevard loopt voor een groot gedeelte over het terrein van het voormalige Maasstation en het emplacement van de vroegere Rhijnspoorweg. Al in het Basisplan uit 1946 was sprake van een waterkering langs de rivier, die de plaats moest innemen van Hoogstraat, Oostzeeedijk en Honingerdijk. Door de watersnoodramp van 1953 werd de aanleg versneld.




Maeterlinckweg
Ten zuiden van de stad verbindt de Maeterlinckweg de naoorlogse tuinsteden Lombardijnen en Zuidwijk. De weg is genoemd naar Polydore Marie Bernard Maeterlinck (1862-1949), een Belgisch-Franse schrijver en in 1913 Nobelprijswinnaar voor letterkunde. Aan de Maeterlinckweg staat het Crematorium Rotterdam-Zuid.




Mallegat
Toen in de 19de eeuw het Zwanengat werd vergraven tot Spoorweghaven, bleef aan de zuidzijde een klein gedeelte over: het Mallegat. Er lag decennialang een zwembad. In 1968 werd het haventje gedempt. Het pad langs de rivier heet nu Mallegat.




Magenelaantje
Tegenover de Rotterdamsche Manege aan de Kralingseweg ligt in een nieuwbouwwijkje het doodlopende Manegelaantje (1982). De andere straat in dit buurtje, de Laan van Weltevreden, kreeg zijn naam in 1989.




Marconiplein
Waar Hudsonstraat, Schiedamseweg, Mathenesserweg, Mathenesserdijk, Tjalklaan en Schiedamseweg samenkomen ligt een groot verkeersplein: het Marconiplein. Ondergronds ligt metrostation Marconiplein (het eindpunt van de Calandlijn). Het plein werd in 1928 genoemd naar Guglielmo Marconi (1874-1937) de uitvinder van de draadloze telegrafie.




Mariniersweg
In 1947 werd een deel van de Admiraal de Ruyterweg (1942) omgedoopt in Mariniersweg, ter herinnering aan het heldhaftige optreden van de mariniers in 1940. Hij verbindt Rotterdam-Noord met de Maasbrug. In het plan Witteveen voor de wederopbouw heet de Mariniersweg nog Weg 55.




Martinus Steijnstraat
In 1900 (tijdens de Boerenoorlog) werd in de Afrikaanderbuurt een straat genoemd naar Martinus Theunis Steijn (1857-1916), president van Oranje-Vrijstaat. In de Martinus Steijnstrat bevindt zich een reclamelijst met de tekst : Why Rhodes Chamberlain! Dragen nu de last van Steijn.




Mathenesse
In 1276 kwam de ambachtsheerlijkheid Mathenesse voor het eerst voor. De naam is een samenvoeging van made (weide) en nes (aangeslibd land). Twee wijken in het westen van Rotterdam heten respectievelijk Oud en Nieuw Mathenesse naar de twee voormalige polders.




Mathenesserhof
Uit de nalatenschap van Henrica van Rossum, overleden in 1922, werd de Mathenesserhof in de Mathenesserstraat gebouwd. Op 11 december 1926 werd het complex voor minder bemiddelden officieel geopend. Het ontwerp van De Roos & Overeijnder werd in 1990 gerestaureerd.




Mathenesserlaan
Door het westen van Rotterdam slingert zich de Mathenesserlaan (1894). De met platanen omzoomde laan heeft een voornaam karakter, waar vanaf het begin veel notabelen wonen. Ook zijn er de kantoren van Radio en Televisie Rijnmond, de kathedraal en het voormalige gebouw van het gemeentearchief.
Het oostelijk deel van de Matheneeserlaan, met het Museum Boijmans Van Beuningen, Remonstrantse Kerk, het NAi en het voormalige hoofdkantoor van Unilever heeft tegenwoordig Museumpark.




Mathenesserplein
Al in het uitbreidingsplan voor Rotterdam-West van 1913 van Burgdorffer is een Y-vormige splitsing opgenomen. Het Mathenseerplein verbindt de Mathenesserlaan met de Mathenesserweg en de Van Citterstraat via de Mathenesserbrug met de Mathenesserweg en de wijken Spangen en Tusschendijken. Het plein is monumentaal vormgegeven door architect Van den Broek met een hoog woongebouw in de as van het plein en twee kleinere woontorens voorzien van lage ronde paviljoens als entree van de stad. Verder zijn gewone woonblokken toegepast. Vanaf 1999 zijn de kenmerkende torens gerenoveerd en is de overige bebouwing vervangen door nieuwbouw van Erik Bakema, Zdenek Zavrel en Putter Partners.




Mauritsstraat
In de wijk Cool werd in 1876 de Waschbleeklaan omgedoopt in Mauritsstraat, naar Prins Maurits (1567-1625). De laan kwam al in 1650 voor, de naam voor het eerst in 1660.




Mauritsweg
Aan de oostzijde van de Westersingel loopt de Mauritsweg (1873), naar prins Maurits (1567-1625). Het groene karakter van de singel veranderde in de jaren zestig aanmerkelijk doordat vanwege de aanleg van de metro onder de Coolsingel de tramlijnen werden omgeleid.




Mecklenburglaan
Nabij Park Rozenburg in Kralingen tussen Oudedijk en Kralingse Plaslaan loopt de Mecklenburglaan (1916). Prins Hendrik, echtgenoot van koningin Wilhelmina, werd geboren in het hertogdom Mecklenburg. Aan de laan bevindt zich een gebouw van de Libanon Scholengemeenschap (de vroegere meisjes-HBS).




Meent
Oorspronkelijk liep de Meent van de Botersloot tot de Oppert. Vanwege het toenemende verkeer werd de straat in twee richtingen doorgetrokken: naar Coolsingel en Goudsesingel. De Herenstraat werd in de Meent opgenomen. Het plan werd in 1913 aanvaard en was in 1940 bij het uitbreken van de oorlog, zo goed als voltooid. Meent betekent gemeenschappelijke weide. Als straatnaam komt de Meent pas in de tweede helft van de 16de eeuw voor.




Meester Marrestraat
Naar de oudst bekende beheerder en bestuurder van de parochieschool (1328-1337) werd in 1978 de Meester Marrestraat genoemd. De straat ligt op het terrein van het gesloopte Sint Franciscus Gasthuis.




Meester Willemstraat
Na de grenswijziging in 1903 tussen Hillegersberg en Rotterdam kwam de Rottestraat op Rotterdams grondgebied (het Oude Noorden) te liggen. Omdat in Rotterdam al een Rottestraat bestond, werd de naam gewijzigd in Meester Willemstraat naar de dichter Willem van Hildegaersberch.




Meeuwenplaat
De wijk Meeuwenplaat in de deelgemeente Hoogvliet behoorde oorspronkelijk grotendeels bij Poortugaal. In 1985 ging de wijk over naar Rotterdam. De begin jaren zestig gebouwde wijk, met 2.780 woningen, ligt op het voormalige eiland Meeuwenplaat, dat begin 19de eeuw werd ingepolderd.




Meeuwenstraat
De straat op de westelijke punt van het Noordereiland werd in 1897 Meeuwenstraat genoemd, naar de vogels die men daar in groten getale boven de Nieuwe Maas kon waarnemen. Sinds de bouw van de Erasmusbrug is het weidse uitzicht verdwenen.




Messchret, Willem (straat)
Naar de Rotterdamse dichter Willem Messchert (1790-1844) werd in 1908 in Rotterdam-West een straat genoemd. Messschert was bevriend met Willem Bilderdijk en Hendrik Tollens. Behalve gevierd dichter was Messchert directeur van de brouwerij d'Oranjeboom, die al sinds 1748 familiebezit was.




Middelland
De wijk Middelland ligt tussen het Oude en het Nieuwe Westen en wordt begrensd door Rochussenstraat, Heemraadssingel, Essenburgsingel en Henegouwerlaan/'s-Gravendijkwal. Het gebied lag tot 1280 onbedijkt temidden van bedijkt land.




Mijnsherenlaan
In 1928 kreeg een nieuwe laan, die van de Maashaven in zuidwestelijke richting loopt, de naam Mijnsherenlaan. De laan is genoemd naar het dorp Mijnsheerenland. De Mijnsherenlaan ging erg achteruit na de opening van een bovengrondse metroviaduct in februari 1968.




Millinxbuurt
Op 28 juni 2002 opende wethouder Lucas Bolsius het Millinxpark, waardoor de verloederde Millinxbuurt weer wat leefbaarder werd. De Millinxbuurt is genoemd naar de Millinxstraat en omvat zeven straten, ingeklemd tussen Mijnsherenlaan en Dordtselaan in de deelgemeente Charlois. De straat is genoemd naar Jan Millinx, aan wie op 3 aughustus 1529 in de nieuwbedijkte Hillepolder een stuk land werd uitgegeven.
De verloedering van de buurt begon aan het einde van de jaren tachtig. Huisjesmelkers hadden vrij spel, er was veel leegstand en renovatie van de buurt werd keer op keer uitgesteld. Daardoor ontstonden veel zogenoemde dealpanden, waar in drugs werd gehandeld. Voor de klanten was de buurt goed te bereiken, doordat twee metrostations op loopafstand liggen. Hard optreden elders in de stad maakte dat nog meer drughandelaren er hun heil zochten. Uit een onderzoek van de Universiteit Leiden bleek dat de grote instroom van werklozen en laagopgeleide Antillianen de teloorgang bespoedigde.Het dal werd bereikt in 1999. Dichtgetimmerde woningen, een gedeeltelijk gesloopt woonblok en drugshandel zorgden voor een grimmige sfeer. Om de neerwaartse spiraal een halt toe te roepen, werd de Millinxbuurt op 26 november 1999 hermetisch afgesloten en iedereen die de buurt in of uit wilde, werd gefouilleerd. Bij de rechtszaak tegen de gearresteerden verklaarde de rechter de actie onwettig. In april 2000 werd het over een andere boeg gegooid en werd begonnen met allerlei acties de buurt en de aangrenzende Dordtselaan weer op te krikken. De Dordtselaan werd heringericht en er zou een grootscheepse renovatie van ruim duizend woningen plaatsvinden. In 2001 werd begonnen met de aanleg van een buurtpark en naast basisschool De Akkers kwam een Mlillinxparkhuis met een groot aantal voorzieningen voor de buurt als peuterspeelzaal, kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang, cursuslokaal, muziekstudio, sportgelegenheid en ontmoetingsruimte.




Molenlaan
In de wijk Hillegersberg is de Molenlaan de centrale weg met kapitale woningen. De weg is genoemd naar de korenmolen De Vier Winden aan de Rotte uit 1776. Tijdens de spitsuren lijkt de met platanen omzoomde weg op een verkeersriool.




Molenlaankwartier
Een wijk in de deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek draagt de naam Molenlaankwartier. De wijk met kapitale woningen ligt ten noordoosten van de Bergse Voorplas en is genoemd naar de centraal gelegen Molenlaan.




Molensteeg
De ds. Jan Scharpstraat tussen Blaak en Hoogstraat heette tot 1965 de Molensteeg, naar een 14de eeuwse molen. In 1380 was al sprake van een Molenstraat op het Westnieuwland. In 1563 ontstond hier in een kuiperij de grote brand van Rotterdam.




Molewater, J.B. (plein)
Voor het Dijkzigtziekenhuis ligt het Dr,Molewaterplein, dat in 1957 werd genoemd naar dr. Jan Bastiaan Molewater (1813-1864). Hij was de eerste geneesheer-directeur van het in 1851 in gebruik genomen ziekenhuis aan de Coolsingel, de voorloper van Dijkzigt. Van 1851 tot 1863 was hij lector aan de Klinische School in Rotterdam. Molewater was een schoonzoon van W.N.Rose, die als directeur van gemeentewerken architect was van het ziekenhuis op de Coolsingel.




Molstraat
Door een zijstraatje van de Blaak in 1947 de Molstraat te noemen, werd rekening gehouden met de geschiedenis. De vooroorlogse Molsteeg in deze buurt werd in 1589 aangelegd, maar kreeg pas in het midden van de 18de eeuw zijn definitieve naam.




Mosseltrap
In 1981 kreeg een straatje tussen de Gemeentebibliotheek en het "Blaakse Bos "de naam Mosseltrap. De naam kwam al voor in de 16de eeuw en verwees naar de mosselmarkt die hier werd gehouden. Via de Mosseltrap werden de schepen gelost.




Müllerpier
In 2002 werden de eerste woningen op de Müllerpier opgeleverd, De Müllerpier tussen Parkhaven en Sint-Jobshaven, is het eerste deel van het Lloydkwartier waaar woningen worden gebouwd. Tussen 1908 en 1970 was Wm.H.Müller & Co's Stuwadoors Mij N.V. er gevestigd. Nadat de havenactiviteietn hier waren gestaakt, fungeerde de Müllerpier als terrein voor diverse activiteiten (kermis, rommelmarkten, Daviscupduel). De festiviteiten van Rotterdam 1990 op de Müllerpier waren weinig succesvol.




Muizenpolder
Omsloten door Westzeedijk, Kievitslaan, Parklaan en Scheepstimmermanslaan ligt de Muizenpolder. Het poldertje werd ook de polder Muizenverdriet genoemd. De buitendijks gelegen tuinen in dit gebied werden in 1702 door een dijk beschermd tegen het opdringende rivierwater. In het poldertje bevonden zich buitenplaatsen (zoals Schoonoord, Welgelegen, Maaslust) van een aantal welgestelde families. Na 1890 werden Van Vollenhovenstraat en Koningin Emmaplein in de Muizenpolder aangelegd, maar er bleef nog genoeg natuurschoon over.




Museumpark/tuin
Na de bouw van het Nederlands Architectuurinstituut en de Kunsthal werd voor een deel van de Mathenesserlaan de straatnaam Museumpark geïntroduceerd, die verwijst naar het park bij Museum Boijmans-Van Beuningen, dat eerder bekend stond als Boymanspark. Het werd in 1988 naar ontwerp van Rem Koolhaas en de Franse landschapsarchitect Yves Brunier heringericht, waarin een schelpenveld (de voorhof waaruit de appelbomen al weer zijn verdwenen), een groot geasfalteerd manifestatieplein, een romantische tuin en een voorplein de route naar de Kunsthal vormen. De aangrenzende Musuemtuin, een Rozentuin met het monument voor G.J.de Jongh, maakt ook deel uit van het Musuempark.




Op onze site hebben we nog een verhaal over de straatnamen van Rotterdam, maar dan als overzicht uit 1910

Over de herkomst van straatnamen in Rotterdam (1910)






    Geinteresseerd in een historische rondleiding voor uw eigen groep(je) door Aad 'arcengel' Engelfriet, webmaster van deze grootste Nederlandstalige geschiedenis website, door o.m. een stad of streek in bijv. Nederland, België, Duitsland, Groot-Brittannië, Ierland en/of een historische lezing, publicatie, recensie:

    Voor meer vrijblijvende informatie

    aad@engelfriet.net

    Wilt U eerst meer weten over Aad Engelfriet:

    klik dan HIER







Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

1 Oktober 2009