(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen) |
Terug naar het Engelfrieten overzicht |
---|
Naar beneden |
---|
Hans Engelfriet kan nog mooier vertellen over zijn schoolperiode op de Juliana van Stolbergschool ....
Juliana van Stolberg
Wist je dat we ook een hele pagina hebben vol met fotootjes van en verhaaltjes over Oranjedames??
Klik maar eens HIER
We pakken even de draad weer op daar waar Alex is gebleven bij het verhaal van Aad (klik op deze link voor Alex's verhaal :
De Juliana van Stolbergschool aan de Rodenrijselaan, jaren 1940, 1950 en 1970 )
Aad Engelfriet, geboren in 1950, bracht ook de nodige jaren op de Juul van Stol door. In zijn tijd kon je nog altijd twee keer per jaar beginnen, maart en september, en dat was maar goed ook met de naoorlogse geboortegolf. De klassen waren ook zo groot genoeg. Alleen kon dat tussentijds aanvangen wel vervelende consequenties hebben. Aad schrijft: "Ik was, gezien mijn geboortedatum, in maart begonnen. Nu verhuisden wij in 1960 naar de Eskampstraat in Overschie en daar werd ik dus een half jaar teruggezet, gut wat was ik beledigd." Aad wist ook nog, dat in 1958 of zo meneer Verstraate met pensioen is gegaan. Hij werd opgevolgd door een meneer Renesse. En toen toverde Aad de drie onderstaande foto's tevoorschijn.
De zandbak van de kleuterschool, in 1955. Aad staat links achter te goochelen met een stelt. Weet je het nog? Als je twee van die stelten had, kon je (als je er niet afviel) op steltlopen. Maar volgens ons gebruiken die jochies hier de stelten om mekaar mee om de oren te meppen. Een gevaarlijk wapen!
Ook deze foto is van de kleuterschool en de Juf - Aad meent, dat zij Juf Klazien heet - geniet bij haar pupillen grote genegenheid, dat is glashelder. Aad met wit blousje recht onder de rechter deurpost. Hij had graag nòg dichter bij de Juf gekropen, bekende hij zonder blikken of blozen. Hij was dan ook ernstig teleurgesteld toen zij zich ging verloven met een man, met een baard nog wel.
Klas 3 in 1958. Rechts meester Sprokkereef (?) en links de concierge, waarvan Aad zich de naam ook al niet voor de geest kan halen. Je herkent, tussen haakjes, Aad aan de bril. Hij is de enige met een dergelijke appendage. Toen hij die bril voor het eerst had, ontdekte hij dat er in de kerk voorin een bord hing, waarop stond wat de gemeente moest zingen. Voordien had hij zich wel altijd afgevraagd: "hoe weet iedereen toch wat ze moeten zingen?"
We ontvingen de volgende reaktie over de heer Sprokkereef :
Mijn naam is Ron Sprokkereef. Bij het intypen van mijn naam in diverse zoekmachines ontdekte ik uw site. Ik moet echter vaststellen dat de persoon op de foto met het bijschrift: "...........klas 3 in 1958, rechts meester Sprokkereef (?)........." is niet meester Sprokkereef. Hij lijkt zelfs niet op mijn vader.
Misschien waren er meer 'Sprokkereef'en ???
En ook deze reaktie van Karel van Bommel is zeer bijzonder, want die herkende zichzelf op de bovenstaande foto en wist ook nog een paar namen .......:
En nu maar duimen dat er via Google nog meer namen opduiken.......
- De eerste rij van boven van links naar rechts:
1-Dirk Hardinksveld 2 Ton v/d Knijff --3--4--5 Gerard de Pender 6 Jan v/d Meer 7 Cor van Nugteren 8--9--10
- De tweede rij van links naar rechts:
1-- 2 Aad Engelfriet 3-- 4--5 John Batenburg 6-- 7 Gerard Radijsick 8-- 9-- 10-- 11 Emy Schel
- Derde rij links naar rechts:
1 Karel van Bommel 2 Benjamin Maasbach 3 Mary Poolen 4 Rinie Sijp 5 Jan Radijsick 6-- 7 Joop Godhelp
- Vierde rij links naar rechts:
1 Tonny Brand 2-- 3-- 4Yvonne Pinas 5-- 6-- 7--8--9--10--
Hans, de broer van Aad, wist uiteraard nog veeeel meer te vertellen over de school en hij doet dat zo leuk en minitieus dat je alles mee beleefd! Voor dat hij zijn verhaal begint, natuurlijk ook even die foto met het Hoofd van de School.
Volgens moeder Alie een goede kennis van haar Vader, vandaar......
Het Hoofd van de school was meneer J.J. Verstraate, die in de Rodenrijselaan woonde, ongeveer tegenover de Schiebroeksestraat. We noemden hem stiekem "buikie". Meneer Verstraate is op latere leeftijd getrouwd met Juffrouw Muyson, de juf van de eerste klas.
Wij nemen maar even letterlijk over wat we van Alex hebben gekopieerd :
De man links is natuurlijk het Hoofd, meneer Verstraate, en de man rechts is meester Van Dogterom. Op de achterste rij is het meest linkse meisje Joke Baars (haar vader was leraar Duits aan de Willem de Zwijger U.L.O.). Het op een na rechtse meisje is ene Zeelenberg en de voornaam wil me maar niet te binnenschieten. Op de rij daarvoor is het tweede meisje van links Tiny Barendregt en de twee links van de meester, dat zijn Annie Verweij en Alie Landmeter. Weer een rij naar beneden, helemaal links, dat ben ik en direct naast mij, Joke Tollig. op de voorste rij zijn de linker drie jongens Tom ...., Jan Ketting en Wim Leupe; terwijl de rechter twee jongens Jan Möhle en Wim van der Panne zijn.
En dan nu het verhaal van Hans: veel plezier bij het lezen ...........
We beginnen met iets waar Hans zeer terecht een beetje trots en Aad een heel klein beetje maar weliswaar, maar toch wel jaloers op is:
Het getuigschrift van Hans van de Juliana van Stolbergschool : OH WAT MOOI ....
Het kinderaantal in de periode eind jaren veertig was groot. Na de oorlog werden er immers veel kinderen geboren. Het was een ware baby-boom. Ik was nog geen vier jaar en toen had ik al een zusje en een broertje.
Moeder Alie regelde alles en ging mij dus op aanraden van haar Vader opgeven bij de kleuterschool. Ik was 3 jaar en 9 maanden, dus in september 1947 ging ik al naar school. Het gebouw was gevestigd in de Rodenrijselaan en de naam van de school luidde:Juliana van Stolbergschool
De kleuterschool
Over de periode van de kleuterschool weet ik weinig meer. Wat ik wel weet, dat het meer een bewaarschool was, dan een school ter voorbereiding op de lagere school. Veel knippen, vlechten en plakken, daar weet ik nog wel iets van. En dan natuurlijk buiten de zandbak.
De juffrouw, bij wie ik in de klas zat, heette juffrouw Giessen. 's Morgens bracht moeder mij naar school, dat wil zeggen, zie hielp mij bij het oversteken in de Rodenrijselaan en zelf moest ik verder. Als de school uitging, werden wij door de juffrouw overgezet en dan hollen naar huis, waar moeder al achter het raam op de uitkijk zat te wachten.
De ouderbijdrage voor de kleuterschool bedroeg f. 2,50 per maand. Daarnaast werd de bekende schoolmelk gedronken voor f. 0,50 per week en was er wekelijks f. 0,10 voor de zending en ook wekelijks f. 0,10 voor het sinterklaasfeest en kerstmis.
Het schijnt, dat ik op de kleuterschool snel "uitgeleerd"was en verlangde naar de "grote"school. Nu dat werd geregeld, maar ik kon niet in september 1949 naar school, want ik was nog geen zes jaar. Dat werd in die periode heel praktisch opgelost. Er was zo'n grote toevloed van kinderen, dat men had besloten om twee maal per jaar kinderen toe te laten tot de lagere school. Dus ik ging per 1 maart 1950 naar de "grote" school. Het gevolg van deze regeling was, dat ik altijd in maart overging naar een andere klas, zoals veel kinderen in die tijd.
Mijn periode op de "grote" school begon dus op 1 maart 1950. Ik heb nog steeds goede herinneringen aan die school. Het was altijd veel leren en hard werken. De klassen waren groot, gemiddeld 45 tot 50 leerlingen. Maar er was altijd orde en gezag. Dat is nu wel anders!!.
Het hoofd van de school was ook echt een hoofd van de school. Deze "bovenmeester"zoals hij genoemd werd, heette de heer J.J.Verstraate. Dit was een zeer forse man, die later de bijnaam "buikie"kreeg. Dat mocht je vooral niet hardop zeggen, want dat was een belediging, daar mag je wel van uitgaan, aldus Aad.
Ik zal nu eerst de gehele periode beschrijven van de lagere school gedurende de periode van 1 maart 1950 tot 30 juni 1956.
De eerste klas
In de eerste klas kwam ik in de klas onder leiding van juffrouw Brusse. Wij zaten in hoge banken met inktpotten erin. Al spoedig kregen wij een kroontjespen, die moesten wij vast klikken aan een lange steel en dan in de inktpot en schrijven maar en vooral in de eerste periode ook veel vlekken. Moeder had al gewaarschuwd, dat ik op mijn kleren moest letten, want er waren al verschillende inktvlekken op mijn kleding terecht gekomen.
De schooltijden in die periode waren wel lang. Dagelijks van 8.45 uur tot 11.45 uur en 's middags van 13.30 uur tot 15.45 uur.
Er heerste een strak schema van les geven in lessen van 50 minuten.
Juffrouw Brusse heeft mij de eerste beginselen van het schrijven bijgebracht. Na eerst lijnen te hebben geleerd, werden het uiteindelijk letters, waarbij er een verschil was tussen hoofdletters en kleine letters. En ook mooi schrijven was een kunst. Vanaf het begin werd het schoonschrift mij goed bijgebracht. Helaas is hier later niet veel meer van over gebleven.
Ook lezen en rekenen zijn mij in de eerste klas al bijgebracht, al kan ik mij hiervan weinig herinneren. Klaarblijkelijk heeft het schrijven veel meer indruk op mij gemaakt. Ik weet nog goed, dat ik mijn eerste rapport kreeg. Vol trots werd dit getoond aan de gehele familie. Ik was er in ieder geval trots op, dat ik bevorderd werd naar klas 1b.
Klas 1b deed niet veel onder voor klas 1a. Nog steeds had juffrouw Brusse de leiding. Veel schrijven, maar ook rekenen en lezen was het programma van elke dag. In maart 1951 werd het programma uitgebreid met bijbelse geschiedenis. Ook dat vond ik heel interessant. Al de bijbelverhalen heb ik altijd met zeer grote belangstelling gevolgd. Het werd zeer mooi en uitgebreid verteld. Ook thuis werd hier altijd over verteld.
De tweede klas
Klas 2 stond onder leiding van juffrouw van Driel. De opgedane kennis van klas 1 werd uitgebreid. Klaarblijkelijk werd het iets te veel, want de cijfers gingen iets achteruit. Maar er kwam ook een leuk vak bij : Nederlandse taal. Heel voorzichtig werd e.e.a. uit de doeken gedaan. Zeer bescheiden werden kleine zinnen ontleed en benoemd en ook dit vond ik geweldig. Maar uiteindelijk heb ik klas 2 ook met een goed resultaat verlaten.
De derde klas
Klas 3 stond onder leiding van meester J.Keers. Dit was een strenge onderwijzer. Als hij kwaad werd, sloeg hij met een stok op de banken. Hij kon ook heel streng kijken. Maar les geven kon hij uitstekend.
Het vakkenpakket werd weer uitgebreid met vaderlandse geschiedenis en aardrijkskunde. Ik vond dit schitterend. Al die verhalen over de vaderlandse geschiedenis boeide mij enorm en ik ging er ook veel over lezen. Ook aardrijkskunde was een schitterend vak en ik vond dit ook erg interessant.
Rijtjes van plaatsen opdreunen. Alle provincies van Nederland met de hoofdsteden moesten uit het hoofd geleerd worden. Ook blinde kaarten werden ingevoerd, waarvan je moest vertellen, welke provincie, stad of water het was.
Nu was meester Keers een zeer gedreven onderwijzer, die hoge eisen stelde aan zijn leerlingen. Met rekenen kregen wij te maken met vermenigvuldigsommen. Alle tafels hadden wij al in klas 2 geleerd en opgedreund. Met die sommen bleek ik grote moeite te hebben. Het werd wel goed uitgelegd, maar het ging zo snel, dat ik er niets van snapte.
Ik kwam op een keer tussen de middag thuis en moeder zag aan mij, dat er iets niet goed ging. Ik vertelde haar over die sommen, dat ik daar niets van begreep. Nu moeder legde alles weg waar zij mee bezig was en legde mij precies uit hoe het dan wel moest. 's Middags op school begreep ik alles en kwam enthousiast uit school.
Ook de eerste beginselen van huiswerk kregen wij mee. Het was tenslotte een christelijke school, dus zo veel mogelijk psalmverzen moesten worden geleerd. Ik weet mijn eerste psalmverzen nog, die ik uit het hoofd moest leren: psalm 103:7 ; psalm 17 : 3 en psalm 68 : 10. Alles uiteraard volgens de berijming uit 1773.
Mijn hele verdere schooltijd op de lagere school moest er 's maandags psalmverzen worden opgezegd. Bovendien vond ik het geweldig, wanneer er 's zondags in de kerk nu net dat psalmvers werd gezonden, wat ik die maandag moest opzeggen. Al met al was klas 3 een heel fijn leerjaar en ik behaalde uitstekende cijfers. Voor bijna alle vakken had ik een 8.
De vierde klas
Klas 4 was weer een heel andere klas en stond onder leiding van juffrouw H.Schop. Zij was familie van een bekende groothandel in vleeswaren. Zij gaf niet alleen leiding in klas 4, maar ook in klas 5a.
Juffrouw Schop was een eigenaardige dame. Zij was niet onaardig en gaf ook prima les, maar zij was erg eigenwijs. Van nieuwe dingen moest zij niet veel hebben.
Tegenover ouders liet zij ook altijd heel duidelijk merken, dat zij veel beter wist hoe kinderen in die tijd opgevoed moesten worden. Veel dingen wist zij altijd beter. Nu was zij een verstokte vrijgezel en liet dit ook wel duidelijk merken. Misschien dacht zij, dat zij in die periode wel erg geëmancipeerd was.
Het volgende voorval zal ik nooit vergeten. Het was lente en in de klas zei zij plotseling, dat zijvlinders in haar buik voelde
Verder legde zij niets uit.....
Ik kwam thuis met dit verhaal en vroeg aan moeder, wat dit wel betekende. Maar moeder zei, dat ook zij dit niet wist, nou ja...... Tot op de dag van vandaag moet ik hierover nog uitleg van mijn moeder Alie krijgen.
Juffrouw Schop hield erg van zingen tot vervelends toe. Elke maandag, als wij allemaal ons psalmversje hadden opgezegd, moest dit vele malen worden gezongen. Naast de psalmen werden ook andere liederen door haar aan ons geleerd. Het bekende vers: "De dorre vlakte der woestijne" ben ik nooit meer vergeten, ook mijn andere broertjes en zusjes hebben dit allemaal bij haar geleerd en dus hele stoeten kinderen uit deze tijd moeten dit nog steeds kennen, want het werd eindeloos herhaald.
En natuurlijk hebben we dit lied ook op onze site, LINK, maar we doen het ook hierbij:
De dorre vlakte der woestijnen
zal zich verblijden eindeloos
de vlakte zal herschapen schijnen
want bloeien zal zij als een roos
van heil'ge vreugde zal zij beven
doortinteld van een heerlijk leven
dat nimmer meer verwelken zal
zij zal de wonderen des Heren
aanschouwen en zijn grootheid eren
met jubelend triomfgeschal.
Versterk dan nu de slappe handen,
en zet hem vast, de wank'le voet!
Zeg tot die zucht in pijn en banden:
"Vreesachtige, heb goede moed!"
De Redder nadert ten gerichte:
van Zijn aanbidd'lijk aangezichte
straalt waarheid en barmhartigheid
Hij zal u leiden en vergelden;
de boeien breken, die u knelden,
Hij, Die u uit het diensthuis leidt.
Dan ziet het oog des blindgeboren'
Uw schepping in haar zomergloor;
dan dringen tot des doven oren
Uw godd'lijke oraak'len door.
De kreup'le zal van vreugde springen,
de sprakeloze tong zal zingen,
Hosanna's meng'lend tot Uw lof;
en stromen levend water spreiden
hun zilv'ren beekjes door de heiden,
zo fris als eens in Edens hof!
Waar eens venijn'ge slangen kropen,
de draken huisden in 't moeras,
daar gaan nu purp'ren rozen open,
daar fluit de leeuw'rik tussen 't gras;
daar wordt voor 's Heren gunstgenoten
een welgebaande weg ontsloten,
in liefelijke zonneschijn.
Dat pad, waar Hij hun voor zal treden,
de zwakste steunende op hun schreden,
zal Heil'ge Weg geheten zijn!
Daar wemelen geen schrikgedrochten,
daar rukt geen felle woudleeuw aan,
terwijl des Heren vrijgekochten
bij duizenden naar Zion gaan.
Zij jubelen in blijde reien:
zij kronen 't hoofd met groene meien,
een eeuw'ge blijdschap is hun kroon.
Zij voelen zich van Gods geslachte:
verstomd is nu de laatste klachte,
en - alle kommer weggevloôn!
Maar les geven kon zij ook goed, maar ook wel erg streng. De aardrijkskunde lessen werden uitgebreid met veel buitenland.
In die periode was het nog een goede gewoonte, dat op school veel verteld werd over de voormalige koloniale bezittingen van Nederland in het voormalig Nederlands-Indië. Alle eilanden met de belangrijkste steden moesten uit het hoofd geleerd worden en later ook worden aangewezen op de blinde kaart.Aad, nou niet gaan uitweiden over Nederlands-Indië, laat mij nu even mijn verhaal afmaken, ja !! Goed, Hans....
In die periode ging men ook iets doen aan lichamelijke opvoeding, zoals dat heette ofwel gymnastiekles. Op de eigen school kon dit vak niet worden gegeven omdat men daar de outillage niet voor had. Dus elke week een uur les in het gymnastieklokaal in de school aan de Vrijenbansestraat. Dus weer extra kosten, want er moest speciale kleding en schoenen worden gekocht.
Ik vond die lessen niet erg opwindend. Alleen spelletjes vond ik wel aardig.
Wat ik wel interessant vond, waren de Franse lessen. Deze lessen waren op basis van vrijwilligheid.
Kosteloos was dit ook niet; de lessen kostten f. 1,== per maand en de aanschafprijs van het Franse boek kostte f. 0,50, Deze lessen werden vóór of na schooltijd gegeven door bovenmeester Verstraate en zijn vrouw.
In het begin waren het uitsluitend woordjes leren van Frans naar Nederlands en andersom. Later kwamen daar kleine zinnetjes bij. Ik weet het nog goed. Wij waren nog bezig met woordjes. Een repetitie volgde. Maar het bleek al zinnetjes te worden. Wij moesten vertalen : "papa rookt een pijp"ofwel "papa fume une pipe". Dat was toen al heel wat.
In mijn latere jaren op de M.U.L.O. heb ik aan de lessen Frans op de lagere school veel gehad.
De vijfde klas
Klas 5 stond onder leiding van de heer A.Oudshoorn. Dit was een zeer vriendelijke man. Hij was gehandicapt en had een bochel.
Het gebouw van de Juliana van Stolbergschool bleek echter niet geschikt te zijn voor zoveel klassen. Beneden was de kleuterschool en op de eerste en tweede verdieping waren de lokalen van de lagere school.
Nu was er in de van den Hoonaardstraat ook nog een school. Deze school kon binnendoor bereikt worden en onze school kon daar een aantal lokalen huren voor huisvesting van diverse klassen. Zo ook dus klas 5 van meester Oudshoorn.
Je moest dus langs de lokalen van de kleuterschool lopen en dan door een kleine doorgang naar de leslokalen van de school in de van den Hoonaardstraat. Die kleine doorgang is mij altijd bijgebleven. Toen ik veel later per vliegtuig reisde en je kwam via de slurf binnen in het vliegtuig, moest ik altijd aan die smalle doorgang denken op de lagere school.
Nu, ook in klas 5 en later 6a bij meester Oudshoorn werd heel hard gewerkt. Wat kon deze man mooi vertellen over de bijbelse geschiedenis en vaderlandse geschiedenis.
In die periode, september 1954 tot juli 1955, bleek men al goed om te kunnen gaan met de moderne communicatiemiddelen van die tijd. Elke maandagmiddag om 14.00 uur werden er via de NCRV radio uitzendingen verzorgd voor kinderen van de lagere school;dit noemde men ook radioles. E.e.a. werd ondersteund door prachtige boekwerken over allerlei onderwerpen : natuurgeschiedenis, toestand in de wereld van die tijd etc.etc.
De radio met speaker was geplaatst boven in de hoek bij de ingang van het lokaal. Het was nog een hele operatie om het apparaat aan de praat te krijgen, want meester Oudshoorn was niet zo groot en dan ook nog met zijn handicap. De knoppen van de radio zaten immers ook hoog. Met een trapleer moest die man de radio elke week aanzetten.
Als kinderen mochten wij daar niet aankomen. Men was veel te bang, dat de radio kapot ging.
Voor de overige vakken werd ook hard geleerd. Ik herinner mij nog goed de enorme vermenigvuldigsommen en grote deelsommen. Ik was hier tamelijk goed in en moest vaak op de achterkant van het bord de uitwerkingen opschrijven. Ook moesten de kinderen zeer regelmatig de borden schoonmaken, want dit kon meester Oudshoorn moeilijk mede vanwege zijn handicap. Ook aan deze klas bewaar ik altijd nog heel goede herinneringen.
Een nieuw vak werd in klas 5 ook ingevoerd t.w. tekenen. Nu, daar zag ik nooit veel in en heb mij daarvoor ook nooit geïnteresseerd. Het hoogste cijfers was een 6, dat ik kon behalen.
Veel leuker was een nieuwe activiteit buiten school. Elke zaterdagmorgen vóór schooltijd kregen wij zwemles in het sportfondsenbad in de Van Maanenstraat (zijstraat van de Bergselaan).
Ik begon, net als zoveel kinderen in het kikkerbadje. Daar hingen diverse kabels over het bad met beugels in het water. Hier moest je in gaan liggen en een zwemjuffrouw met een hele harde stem brulde dan een half uur lang : "buigen, spreid en sluiten". Ze had deze bewegingen voor je handen en benen eerst op het droge voorgedaan en daarna moesten wij dit in het water oefenen.
De lessen duurden van 7.30 uur tot 8.00 uur op zaterdagmorgen. Na de zwemles weer rechtstreeks naar school, want die begon weer om 8.45 uur. Ik herinner mij nog goed, dat ik van mijn moeder twee krentenbollen mee kreeg voor onderweg naar school. Die smaakten altijd zo lekker en dat was ook altijd een feest. Ik heb nooit meer zulke lekkere krentenbollen gegeten!!!!.
Zo langzamerhand kwam het einde van mijn lagere schoolperiode in beeld. Wat moest er daarna gebeuren? De school zelf deed hier ook veel aan. In die periode kon je niet zo maar naar bv. de H.B.S., lyceum of gymnasium. Hiervoor moest je toelatingsexamen doen. Je kon wel zonder examen te doen naar de U.L.O. - M.U.L.O.- of Ambachtsschool.
De zesde klas
Nu, mijn leerprestaties waren dermate goed, dat ik volgens meester Oudshoorn mij wel kon voorbereiden om naar de H.B.S. te gaan. Om daar dus naar te kunnen gaan, moest ik dus toelatingsexamen doen. Ook daar had de school weer een oplossing voor, de zgn. examenklas 6.
In september 1955 werd ik dus in deze klas geplaatst bij meester H.de Haas. Nu, ik vond het niet zo leuk daar. Meester de Haas was een arrogante en zeer eigenwijze man. Hij voelde zich zeer verheven boven de andere leerkrachten. Hij zou ons wel even klaar stomen voor de H.B.S, lyceum of gymnasium etc.
Met een sneltreinvaart gaf hij les en repeteerde ook met ons diverse toelatingsexamens van de afgelopen jaren. Voor velen en ook voor mij ging dit alles veel te snel en het tempo was niet bij te houden.
Zoals al gezegd was meester de Haas een eigenaardige man.
Ongevraagd gaf hij ons ook veel informatie over zijn liefhebberij: het oude Italië met de vroegere beschaving. Hoewel dit niet op het lesprogramma stond, gaf hij hier veel lessen over en liet ook duidelijk blijken, dat dit een grote liefhebberij van hem was. Wij moesten zelfs alle munten leren uit die tijd alsmede alle geschiedenissen van die periode. Zeer lang en uitgebreid kon hij vertellen over Pompeï en Rome. Al deze lessen gingen ten laste van de normale lessen, welke hij dan ook zeer snel gaf met alle gevolgen van dien.
Ik herinner mij nog goed, dat meester de Haas zeer gesteld was op goede hygiëne. Vele malen per dag waste hij uitgebreid zijn handen en armen. Zelfs vertelde hij, dat hij zijn kleding in Italië kocht, want daar was alleen goede kleding te koop. Elk jaar ging hij naar Italië met vakantie, wel zes weken lang.
Mijn moeder moest op een gegeven moment bij hem op school komen, niet alleen om over mijn resultaten te praten, die toen achteruit waren gegaan, maar ook over het feit, dat hij zich zwaar beledigd voelde. Wat was het geval?
Een van mijn zusjes, destijds ca. 7 jaar bleek hem uitgescholden te hebben voor HAASJE. Nu, dat pikte hij niet en moeder moest komen opdraven.
Het zal wel goed zijn afgelopen, want mijn moeder was ook niet op haar mondje gevallen.
Maar het eindresultaat van die klas was wel, dat ik geen toestemming kreeg om toelatingsexamen te mogen doen voor de H.B.S. Volgens meester de Haas waren mijn resultaten niet goed om daar naar toe te gaan. Uiteindelijk hebben alle partijen zich hier bij neergelegd.
Maar wat dan? Nu, men adviseerde mijn ouders om mij te plaatsen op de M.U.L.O. in de Nobelstraat, waar ik ook naar toe gegaan ben. Over die opleiding later veel meer.
De zwemlessen gingen ondertussen gewoon door en ik behaalde in korte tijd twee zwemdiploma's.
Nu, ik was hier erg trots op. Maar meester de Haas vond dit niet belangrijk. Zijn Italië-syndroom was veel belangrijker.
Een andere leuke activiteit tijdens de 6e klas was de verkeersbrigade.
Na schooltijd kregen een groep leerlingen van onze klas les van de politie op het Haagse Veer. Het was de bedoeling, dat wij moesten helpen om ervoor te zorgen, dat kinderen vóór en na schooltijd veilig over konden steken.
Na een proef van bekwaamheid afgelegd te hebben werd ik ook verkeersbrigadier en werd uitgerust met een echte witte koppel met riem en een bord om de auto's te laten stoppen. Populair gezegd waren wij "klaar-overs". Onze werkplek was op de hoek van de Bergselaan/Rodenrijselaan bij o.a. de winkel van Jamin. Het waren twee oversteekplaatsen, want in het midden reed tramlijn 11.
's Morgens hadden wij dienst van 8.30 uur tot 9.00 uur en 11.45 uur - 12.15 uur en 's middags van 13.15 uur - 13.45 uur en 15.30 uur - 16.00 uur.
in 1955 gratis naar de film in Lumière, onder schooltijd ??, maar wel netjes in de rij...
Meester de Haas vond dit weer niet leuk, want wij waren altijd te laat voor de les en moesten ook weer vroeger uit de les.
Nu, u snapt het al, de laatste klas van de lagere school is geen overweldigend succes geweest. Maar ik heb er geen trauma aan over gehouden!!!!.
Nog het laatste over Meester de Haas :
Aan de overkant van de school was een winkel met uitsluitend Verkade artikelen: kaakjes, koekjes etc.etc. Wij kwamen daar nooit, want de artikelen in die winkel waren veel te duur. Toch kwam ik hier wel eens binnen. Ik moest toen nl boodschappen doen voor meester de Haas! Hij zei altijd, dat hij een zware maagpatiënt was en dat hij alleen de artikelen van Verkade kon verdragen. Nu, dus om de beurt moesten wij dan naar die winkel om kaakjes voor meester de Haas te kopen.
Tot slot een foto gemaakt tijdens de rondrit door Rotterdam in oktober 2000:
zeg nou zelf, ze zijn toch nauwelijks veranderd in al die jaren, op die appendage van Alex na op hun neus
We kregen een reaktie van Gert-Jan van der Wouden :
Als bijlage stuur ik jullie een afbeelding van de tekst die in het bijbeltje staat dat ik bij het verlaten van de Juliana van Stolbergschool ontving, en inderdaad heb ik ook een gelijkwaardig getuigschrift mogen ontvangen.
Heel veel in het verhaal over de Juliana van Stolbergschool komt overeen met wat in mijn geheugen gegrift staat. Waarschijnlijk weten jullie ook nog wel dat er een fietsenstalling bij de school stond - als je onder de poort door was gekomen stond er links op gelijke hoogte van de school een fietsenstalling.
En weet je, in het voorjaar ben ik er nog geweest - één van de oude kastanjes die staat nog steeds midden op het plein.
Voor de rest is er weinig meer te herkennen - alleen de entree poorten in de Roderijselaan en de van Hoonaardstraat zijn er nog, weliswaar enigzins aangepast aan de tijd maar ja.
En dit staat dus in het bijbeltje :
Prompt ontvingen we nog een reaktie :
Met veel plezier heb ik in je website zitten lezen. Ik woonde in de Schiebroekselaan, en heb ook op de Juliana van Stolbergschool gezeten.
Een vreselijke tijd.
Een school van 600 leerlingen, die inderdaad allemaal buiten op de stoep netjes in de rij moesten wachten om naar binnen te gaan. En owee als je alleen in de rij stond, dan werd je weer naar achteren gestuurd wat mij om de een of andere reden nog al eens overkwam.
Bij gebrek aan ruimte in het hoofdgebouw hadden wij ook klassen in de school die achter of naast de onze stond.
Onze school had cv die andere niet, daar stonden naar mijn idee, gigantische kachels maar dat zal wel beinvloed zijn door mijn lengte.
Met 50 leerlingen in een klas, mijn moeder kwam op school kijken waarom ik, zoals ik thuis zei, niet op de aardrijkskundekaart kon kijken, ik zat dus met mijn bank tegen de deur naar het volgende lokaal en kon van opzij de kaart niet zien!.
Mijnheer Sprokkereef was de 1e moderne leraar volgens mij op die school.
Wij mocht bij hem tv komen kijken naar de Tour de France, dan moesten we uitrekenen hoe laat de ploeg die dag aan zou komen. De winnaar kreeg een dropstreng.
Wij hadden geen pauzes en geen schoolmelk. Mijn kinderen kunnen het zich niet voorstellen.
Ik herinner mij juffrouw van Welzenes, van Reekum, Jongeneel, Franken, en juffrouw Lagerwaard. Zij ging mee naar de A.R. Rutgerschool (dit is een link !!).
De tekenleraar van die Mulo kan ik mij ook herinneren, mijnheer v.d. Molen, lang haar en met een hoed. Een aardige man die zich geen ilusies maakte over de interesse van de leerlingen in tekenen. In mijn tijd was van Bokhoven hoofd van de school en inderdaad v.d. Bosch met sch en Bos met 1 s.
Mijnheer Bestebreurtje een aardige man, hij moest altijd een mop van Sam en Moos vertellen voor hij de klas verliet. Ook nodigde hij zijn leerlingen in de vakantie thuis uit om de komen sjoelen en ping pongen.
Een leraar mijnheer Schenk sprak tot de verbeelding, hij gaf steno en had een heel assortiment van "gezegdes".
Je kijkt als een uil op een zieke koe, en probeer niet met je linker oog in je buurmans vessie zakje te kijken.
Gaan jullie astjeblieft door met je fantastische site. Ik kom steeds graag kijken.
Wil Besuijen
Prompt ontvingen we weer een reaktie :
Door toeval op jullie website terecht gekomen. ik heb in de jaren 1948-49-50 op de J.v.S. school gezeten. Je begrijpt wel dat ik zeer verrast was om de foto's met o.a. de hoofdmeester "buikie" te zien. Destijds woonde ik in de Heemsteestraat 12a.
De kwattekwaad die ik toen uithaalde was 2 deurknoppen met een touw aan elkaar vastbinden van de naast de school gelegen woning. Iedere jongen had wel een stuk touw in zijn zak. Ik trok aan de 1e deurbel, en toen ik aan de 2e deurbel wilde trekken voelde ik een hand op mijn schouder. Ja hoor, een "grote" politieagent. Maar ik was klein en vliegensvlug en kon wegrennen. Ik bleef rennen tot ik hijgend thuis was.
Door een voorval met een overspannen meester ben ik naar de school aan de andere kant in de van Hoonaardstraat gegaan.
Met vriendelijk groet
Nico Reek.
En toen kwam ook Ria met een verhaal :
Mijn vader is jong overleden. In 1956. Hij was net 40. Mijn moeder bleef achter met 5 jonge kinderen. M'n oudste broer Dick was net 15 geworden, Janny 13, dan ik (11), Charles van 8 en kleine zus Wil van net 3. En dat in een tijd -1956- dat er nog niet of nauwelijks sprake is van bijstand of andere sociale uitkering.
M'n leeftijd in aanmerking nemend is te begrijpen dat ik niet van alle financiële ins en outs volledig op de hoogte was. Wel heb ik het volgende begrepen. Toen mijn vader ziek werd, werkte hij als vertegenwoordiger bij Baarsma's Confectiefabrieken in Zwaagwesteinde. Een gedeelte van zijn salaris werd daar voor hem op een spaarrekening gezet. Na zijn overlijden heeft een gesprek plaatsgevonden met als resultaat dat meneer Baarsma maandelijks een bedrag naar mijn moeder overmaakte, waarbij hij het spaarsaldo aanvulde totdat Dick zijn HBS-diploma gehaald kon hebben. Dat zou 2 jaar duren. En zo is dat gegaan. Verder hebben we door de tijd heen veel, ook financiële, hulp van familie ontvangen.
Na die 2 jaar ging Dick werken bij de gemeente Rotterdam. Verdiende daar uiteraard te weinig om een gezin van 6 personen te onderhouden. Dus moest mijn moeder toen naar de Gemeentelijke Sociale Dienst, voorloper van de Bijstand.
Wanneer het precies was weet ik niet. Iemand wist zich te herinneren dat mijn moeder voor haar trouwen ervoor had geleerd om kleuterjuf te worden. Dat leidde ertoe dat haar werd gevraagd in te vallen in geval van ziekte op kleuterscholen bij ons in de buurt. Een keer op onze oude kleuterschool aan de Lisbloemstraat, ooit aan de Noorderhavenkade en in de Insulindestraat. Maar het meest in de Berkelselaan en de Rodenrijselaan. In de Berkelselaan was in die periode juffrouw Bavinck hoofd, in de Rodenrijselaan juffrouw V.d. Giessen. Soms ging het maar om een halve dag. 't Heeft ook wel eens een half jaar geduurd.
Wat ze daarmee verdiende vormde een welkome aanvulling op ons budget. Op het moment was het niet zo krap, en door zuinig te zijn had je ook iets extra voor de periode dat je niet gevraagd werd. Dankzij de inspanningen van de administrateur die voor de Berkelselaanschool zorgde, dhr. Grashoff, kreeg mijn moeder fictieve dienstjaren toegekend, waardoor zij meer verdiende.
Zoon Henk Grashoff zat bij mij in de klas op de HBS. In diezelfde klas kregen we gezelschap van een dochter van meneer Renesse, die meneer Van Stra(a)ten opvolgde als hoofd van de lagere school aan de Rodenrijselaan.
Al die mensen kwam ik ook tegen. Ik was soms eerder uit dan mijn moeder, en ging dan nogal eens langs bij haar. Toen ze net gevraagd was als invalster werd ik erop uit gestuurd om bij een oud-collega van haar, die inmiddels apothekersassistente was geworden, me te laten bijscholen. Je moet daar niet min over denken. Een heel systeem van blokken in diverse vormen en mogelijkheden om er wat van te bouwen. Eindeloos oefenen in het vouwen van vouwblaadjes. Eerst....., dan..... En daarna thuis het weer voordoen aan mijn moeder om haar geheugen te helpen opfrissen.
Dus wist ik aardig wat ze op een bepaalde dag ging doen. Naarmate ze dit langer deed kende ze zelf veel kinderen. Van sommige had ze de ouders nog in de klas gehad.
Van de Rodenrijselaanschool weet ik nog een leuk verhaal. Zoals toen gebruikelijk ging ze regelmatig met de klas buiten wandelen. Netjes in de rij, hand in hand. Kleuters hebben het best naar hun zin, en gaan dus zingen. Alleen was mijn moeder het niet eens met hun liedjeskeus (eerder heb ik toch al eens aangegeven dat mijn moeder mij tot iets nets heeft geprobeerd op te voeden?!). Dus greep ze in: die liedjes mochten niet gezongen worden; het waren straatliedjes. Zegt een stuk bijdehand: maar we zijn toch op straat? Toen ze dat thuis vertelde, was ik het helemaal eens met dit kleine manneke.
Verder herinner ik me daar verhalen over het grote gezin van Van (der) Beek, dat naast de school woonde, en waarvan ze er steevast 1 in de klas had. Die school aan de Rodenrijselaan viel vanaf de straat niet op. Zoals bij meer scholen zag je aan de straatkant alleen een gesloten hek waarmee een poort werd afgesloten. Door die poort kwam je op een binnenplaats waar je de school inkon. Voor je zover was had je links de zandbak. Rechtdoor lopend moest je dan naar links de school in. Het lokaal waar mijn moeder was wisselde: dat hing er uiteraard vanaf wie ze verving.
Vanaf de Van den Hoonaardstraat kon je de lagere school bereiken. Die had ook een toegangspoort. Later bleek naast die poort het gezin van mijn toekomstige echtgenoot en schoonfamilie te wonnen. Ze mochten hun fietsen parkeren in de poort als de school gesloten was. En in vakantietijd letten ze op de boel (vanuit de woonkamer kon dat makkelijk) en gaven ze de planten water.
Uit die periode hebben we weinig foto's; daar was de portemonnee niet naar. Wel maakte de vader van mijn moeder soms foto's, mijn opa Van de Peppel dus, die hij zelf bij wijze van hobby ontwikkelde en afdrukte. Daar dank ik een foto aan van mijn moeder als Sinterklaas op de Berkelselaanschool.
Makkelijk: ze kende de kinderen, en hoefde dus weinig in 'het grote boek' te lezen. 'k Heb haar toen geholpen met aankleden, schminken en baard aandoen. Alleen was de witte robe te kort, of m'n moeder te lang. Hij reikte tot haar enkels en zeker niet verder. En dan schoenen met kleine hakken eronder! Bij wijze van noodoplossing heeft ze toen de platte bruine veterschoenen van juffrouw Bavinck aangedaan. Vertelt later een slim joch thuis: 't was de echte sinterklaas niet: hij had de schoenen van juffrouw Bavinck aan. Door m'n moeder dus van z'n geloof af.......
M'n moeder heeft dit vrij lang volgehouden. Tot haar moeder ziek werd en verzorging nodig had. Toen is het haar langzamerhand teveel geworden. Ooit is ze nog gevraagd lerares te worden aan de kleuterkweekschool. Dat zag ze niet zitten, het leek haar te zwaar, dus daar heeft ze voor bedankt.
We kregen ook nog een hele leuke reaktie met foto van Anja Vermaat :
Hierbij stuur ik een schoolfoto van mijn vader, Bram Vermaat, op de Juliana van Stolbergschool. Ik schat ongeveer het jaar 1930, maar als er mensen zijn die zich herkennen, komen we mischien achter het juiste jaar. Mijn vader is in 1984 overleden.
Ik heb zelf ook op de Juliana van Stolberg gezeten, van 1972 tot 1978. De foto van de klas van juffrouw Visser, daar herken ik dus ook een aantal van mijn klasgenoten op, ik heb daar niet op de kleuterschool gezeten, maar ik kwam in de eerste klas op school, (tegenwoordig is dat groep 3 )
Ik herken dus met name mijn vriendinnetje Ingrid Schoenmaker, ik zie Ronnie Opijnen, Ies Maaswinkel, Pieter Kohne,Tony Jurado-Morales, om maar een paar namen te noemen. En daarbij komen ook de namen van de juffen en meesters te boven, juffrouw Mulderij, die ging weg omdat ze een baby kreeg, juffrouw van Rennesse, die reed in een groene daf, we hadden meester Krikke, geboren in Friesland, juffrouw Jongeneel (ZEER streng!) meester Molendijk, Meester Snoek (paling in je broek!) De hoofdonderwijzer meester Knoester, Juffrouw de Geus.
We hadden meester C.H.B Cieremans (in de zesde) Die had als grote hobby FILMEN! Toendertijd ging dat nog met een filmprojector, hij filmde van alles, van de verjaardag van de meester, tot de sinterklaassurprises, we hebben ook nog eens een heuse speelfilm gemaakt, in het Kralingse Bos, (Tarzan) .
Ik heb zelf helaas geen klassefoto's meer,de foto van mijn vader, daar ben ik aangekomen via een reunie, in 1994 op de J.v.S, een klasgenote van mijn vader is zo vriendelijk geweest om een afdruk te laten maken van deze foto,voor mij.
Ik heb zelf goede herinneringen aan de school, ik vind het wel jammer dat het oude schoolgebouw gesloopt is.
Een paar dagen later :
Hierbij stuur ik nog een foto, hij is uit 1973.
De foto is genomen voor de poort van de Juliana van Stolbergschool, Roderijselaan 74.
Van links naar rechts ziet u : (ondergetekende) Anja Vermaat, Ingrid Schoenmaker, en Marian Brabers. Zoals jullie zien was de mode zeer mini!
Teenslippers met een witte bloem (margriet) was ook mode, maar de mijne was ik al kwijt.(De bloemen bedoel ik)
We zaten toen in de tweede klas, bij meester Jaap Krikke (uit Friesland). De foto is al aan het vergelen, dus het was tijd dat ik hem even mailde
Anja Vermaat
En toen kwam ook de volgende reaktie :
Even zoeken op internet en zowaar heeft m'n eigen lagere school ook een site.
Zo vaak rijd ik over de Bergweg en altijd glippen even m'n ogen naar de inganspoort. Inplaats van keurig haagsgroen, nu kleurrijk ondergekalkt.
Samen met mijn broer Dick (1930) en ik (1928) zijn vanaf 1934-35 leerling geweest. De Heer Verstraate was toen schoolhoofd en trouwde op 42 jarige leeftijd (en dat vonden wij als kind heel erg oud) met juffrouw Muysson.
Zijn er weleens dagen waarop oudleerlingen nog een een blik mogen werpen naar binnen ? De poort in, onderdoorgang, een plein met grote bomen, rechts het fietsenhok. Van het fietsenhok het pleintje over naar de hoofdingang, de ronde stenen trap op en dan ergens je klas opzoeken.
De klassen met wit geglazuurde tegels, fontijntje rechts voor in de hoek, de bekende schoolplaten aan de achterwand, tweepersoonsbanken met inktpot bovenin het blad en de typische sterke inktlucht, kroontjespen. Oh ja, en op de klompenschool schreven ze nog op een lei, dat was de Vrijenbantsestraat.
Op onze school spraken we de onderwijzers aan met juffrouw of meneer.
En op de "klompenschool" was het meester.
Even zo een paar opwellende gedachten uit m'n kinderjaren. Ik zou zo nog wel een poosje kunnen doorschrijven, zoveel oude gedachten kruipen ineens naar boven.
Allen de hartelijke groeten van een oudleerlingetje van 74 jaar,
Wim van Wilgen.
Gerard Martens vult effe aan met
Eén opmerking, niet zo belangrijk. Maar de echte Klompenschool was mijn school in de Hammerstraat. De St.Janschool. De Vrijenbansestraat was toch nog veel te deftig in die tijd.........
Tot onze verrassing kwam er een reaktie van de familie Sprokkereef, we herhalen even de foto met toelichting:
Klas 3 in 1958. Rechts meester Sprokkereef (?) en links de concierge, waarvan Aad zich de naam ook al niet voor de geest kan halen. Je herkent, tussen haakjes, Aad aan de bril. Hij is de enige met een dergelijke appendage. Toen hij die bril voor het eerst had, ontdekte hij dat er in de kerk voorin een bord hing, waarop stond wat de gemeente moest zingen. Voordien had hij zich wel altijd afgevraagd: "hoe weet iedereen toch wat ze moeten zingen?"
Jullie hadden de naam Sprokkereef goed, zelfs de spelling. Waarschijnlijk goed les gehad in de Nederlandse taal van mijn vader! Hij heet B. (Bert) Sprokkereef en is inmiddels met pensioen, evenals mijn moeder.
Hij heeft mijn moeder (Mevrouw van Vliet, in die tijd) op de Juliana van Stolbergschool leren kennen. Zij gaf ook les. We hebben laatst een film gemaakt t.b.v. hun 40-jarige huwelijk, met een paar prachtige scenes in de (nagebootste) Juliana van Stolbergschool, waarin hun kleinkinderen op de muur van de school schreven: de meester vrijt met de juf! De Juliana van Stolbergschool is kortom een begrip, in onze familie.
Het e-mail adres van mijn vader is sprokvliet@12move.nl.
Groet, Jan-Dirk Sprokkereef, mijn email adres is jan.dirk.sprokkereef@arnhem.nl
En ook deze reaktie van Karel van Bommel is zeer bijzonder, want die herkende zichzelf op de bovenstaande foto en wist ook nog een paar namen .......:
En nu maar duimen dat er via Google nog meer namen opduiken.......
- De eerste rij van boven van links naar rechts:
1-Dirk Hardinksveld 2 Ton v/d Knijff --3--4--5 Gerard de Pender 6 Jan v/d Meer 7 Cor van Nugteren 8--9--10
- De tweede rij van links naar rechts:
1-- 2 Aad Engelfriet 3-- 4--5 John Batenburg 6-- 7 Gerard Radijsick 8-- 9-- 10-- 11 Emy Schel
- Derde rij links naar rechts:
1 Karel van Bommel 2 Benjamin Maasbach 3 Mary Poolen 4 Rinie Sijp 5 Jan Radijsick 6-- 7 Joop Godhelp
- Vierde rij links naar rechts:
1 Tonny Brand 2-- 3-- 4Yvonne Pinas 5-- 6-- 7--8--9--10--
Kreeg net van mijn zoon de tip over de engelfriet site. Ben even gaan surfen omdat hij het had over de Willebrordusstraat. Dat vond ik leuk want ik heb zelf ook in de Willebrordusstraat gewoond en daar viel een bom juist aan de overkant van ons huis op 14 Mei 1940, daarna zijn we in Overschie terechtgekomen. Ik las ook iets van een zekere Houweling. Ja, ik zat ook op de Juliana van Stolbergschool en wel van 1935 tot 1940. Niet in diezelfde klas als die op die foto.
Ik ken wel al die meesters en juffrouwen. Juffrouw Muisson, ja die trouwde met Verstraate.
Ook kende ik jeffr Voogd en Juffr Meier en meester Lodder, hij woonde in Ridderkerk. Ik zat bij Meester Smit toen de oorlog uitbrak in de vijfde klas. Bij mij in de klas zat een Rudi Houweling.
Groetjes en ik kijk nog wel eens.
Nel de Haan Hoogenstrijd.
Ook ik heb op de Juliana van Stolbergschool gezeten, de kleuterschool bij juffrouw van de Giesen en op de lagere school bij de heer Verstraaten. De heer Kooy(i) was toen de conciërge, de stoker en de verspreider van de schoolmelk op de school.
Op de ds. A.R. Rutgersschool was inderdaad de heer Baars het hoofd en was de heer Bode in de eerste klas mijn klassenleraar, hij gaf aan ons o.a. algebra en wiskunde en wij zongen met hem heel veel liedjes uit de hitlijsten van die tijd, zoals de hit van Louis Prima: Buona Sera.
De heer van de Bos was mijn klassenleraar in groep 2. Hij ging nogal op in wat men tegenwoordig de 'levensbeschouwing' noemt. De duitse les wat hij toen aan ons gaf werd door zijn overtuigende bijbelsche vertelling gehalveerd.
De heer Zwemstra herinner ik mij zeer positief, hij gaf natuurkunde. Wij waren zoals men het nu noemt op werkweek en de heer Zwemstra die in mijn les een stoelomschreef en oppakte met de gezegde: "een stoel is een stoel, die is hardstikke dood, een tafel is een tafel, die is hardstikke dood, dit heeft op mij heel veel indruk gemaakt. Je ziet dat je dit nooit meer vergeet.
Ik weet nog heel veel meer, wij Tom van Hattem (helaas overleden) en ik, zijn destijds met de eerste schoolkrant gestart, die wij bij mijn vader, die een kopieerinrichting in de Vrijenbantsestraat had, samenstelden en vervaardigden.
Succes met de Rotterdamse geschiedenis.
Met vriendelijke groet,
Rob Menses, Juliana van Stolberschool 1948 - 1961, vanwege het zevende leerjaar bij de heer de Haas en de ds. A.R. Rutgerschool va 1961 - 1966.
Bij het lezen en zien van je site kwamen er natuurlijk feiten boven die ik niet meer wist maar ook eigen herinneringen kwamen spontaan naar boven. Ik wil daarom graag mijn herinneringen kwijt over de Rodenrijselaan en de Juliana v. Stolbergschool al zijn het er naar mijn idee niet zoveel.
Mijn ouders woonden er vanaf 1948 . Ik ben van januari 1950. Wij woonden op de eerste verdieping en beneden ons met haar raam op straatniveau woonde een alleenstaande juffrouw, die naaister was. Aan de overkant woonde een Rooms Katholiek gezin de familie Zwueste waar ik vaak kwam. Met Sinterklaas speelde de vader de Goedheiligman. Er waren ondanks de betrekkelijke armoede altijd cadeautjes waar mijn ouders zich voor schaamden omdat het gezin het eveneens niet breed had. We deden spelletjes zoals tollen, knikkeren, en dus ook badmintonnen en in 1960 hoola hoop.
Bij ons om de hoek was de Zestienhovenstraat, waar naast de ingang van de vieze vochtige tuinen waar altijd het water met sop in stond, was het winkeltje waar je drop en zoethout kon kopen. Naast ons was slagerij Koppelaar verderop richting Bergweg zat ook nog slagerij de Knijff, een zoon zat op de Juliana v Stolberschool.
Bijna op de hoek van de Willebrordusstraat was drogisterij de Spatel, eigenaresse mevrouw Wolthuis; haar man stond ook in de zaak, die, als ik er een boodschap moest doen regelmatig hard in mijn wang kneep. Hij bakte soms patat voor een aantal kinderen uit de buurt die dan gezamenlijk aan een lange tafel zaten op een zaterdag?avond. Een dochter zat ook al op dezelfde school, dat is Jetteke Verbruggen, waar ik mee bevriend was.
Televisie kijken deed ik bij Tineke Pleune. Die familie woonde naast slagerij Koppelaar op 33. Verderop richting Bergselaan zat Pogo geluid en drogisterij M. van der Klis. Schuin aan de overkant zat natuurlijk Jamin.
Aan deze kant bijna naast de Willebrordusstraat zat een kruidenier, hoe die heette weet ik niet meer. We bezochten meestal groenteboer Sinke in Willebrordusstraat. Daarnaast zat ook de waterstoker waar ik petroleum in een kan moest halen.
In de Willebrordusstraat tussen de wasserij en de hoek met de Bergsingel was een soort fietsenmaker de ik meneer Metaal noemde.
Op de hoek van de Bergweg en de Rodenrijselaan stond een zuil en daarnaast stonden kerstbomen te koop als het daar tijd voor was.
Elke zaterdagochtend kwam de orgelmannen aan wie mijn moeder 5 cent via het raam gooide. Ik ging naar de kapper in een zaak naast station Bergweg; een medewerker daar noemden we Piet de Kortknipper.
Schuin tegenover op de Bergweg zat naast de Gruyter een speelgoedwinkel van van der Giessen; een zoon van de eigenaar zat eveneens op de Juliana v. Stolbergschool. Daar ging ik pas in september 1954 heen.
Juffrouw Klazien heette juffrouw Lezer en ik herinner me ook nog juffrouw Lans. Omdat ik in september naar school ging, had ik de hele lagere school door alleen maar onderwijzeressen. Twee daarvan nl. juffrouw Schop en juffrouw Jongeneel mocht ik graag vooral juffrouw Jongeneel die ik helaas alleen in de tweede klas had.
In klas een, drie en zes gaf juffrouw van Reekum les, die naar mijn mening voortdurend overspannen was, wat zich uitte in het met de liniaal op handen slaan, waarbij ze "stout handje" riep. Wat zij ook deed bij bepaalde kinderen die zij vooral dom vond, was het slepen aan de oren door de klas waarbij zij buiten zichzelf was van woede en het slachtoffer kermde. In de vijfde klas was Mevrouw Clausing die de dochter van dokter van Dijk behandelde als haar favoriet maar aan mij een hekel had en die voor mij dan onmogelijke dingen verzon waar ze mij dan mee treiterde, je ziet het waren zeker niet alleen leuke dingen .
In 1962 gingen we verhuizen naar IJsselmonde wat ik vreselijk vond en dat ook nog vlak voor het einde van het afsluiten van de lagere school en het verkeersexamen.
Min ouders zijn in 1947/1948 naar de Rodenrijselaan verhuisd vanuit Voorburg, waar zij woonden vlak na hun trouwen omdat er in Rotterdam geen woonruimte was. Ik ben van januari 1950. Ik kan me niet zoveel herinneren maar bij het lezen van je website kwamen weer feiten naar boven en nu zet ik mij herinneringen maar neer.
Ik ging naar de kleuterafdeling va de Juliana v. Stolbeschool in september 1954. Juffrouw Klazien was juffrouw Lezer en ik weet ook nog juffrouw Lans. Omdat ik pas in september ging, had ik waarschijnlijk op de lagere school allemaal onderwijzeressen, waaronder twee lieve nl. in de tweede klas juffrouw Jongeneel en in vijfde klas juffrouw Schop. In klas 1, 3 en 6 had ik juffrouw van Reekum, die voortdurend overspannen was wat zich uitte in het slaan op handen met een liniaal waarbij ze dan stout handje zei en het slepen aan de oren van "domme" kinderen door de klas waarbij ze buiten zichzelf was van woede. In de vijfde klas was er mevr. Clausing, die een lieveling had in de klas, nl. de dochter van huisarts van Dijk, Bertie van Dijk, en iemand die ze treiterde door hem de schuld te geven van dingen die ze zelf had verzonnen, dat was ik.
In de Rodenrijselaan weet ik me ook nog winkels te herinneren, namelijk in de richting van de Bergselaan drogisterij M. van der Klis, aan de overkant Jamin en aan die kant zat bijna op de hoek met de Willebrordusstraat een kruidenier. Naast ons op nummer 33 zat slagerij Koppelaar en schuin boven woonde de Familie Pleune waar ik mocht kijken naar Pipo en de Verrekijker. Aan die kant bijna op de hoek met de Willebrordusstraat zat drogisterij de Spatel waarvan de eigenaresse mevr. Wolthuis was, haar man heette Dhr. Verbruggen die ook in de winkel stond en als ik daar was voor een boodschap, altijd hard in mijn wang kneep, waarom weet ik niet. Hij had volgens mijn moeder geen drogisterij-diploma.
Op zaterdagavond bakte hij weleens patat voor een aantal kinderen uit de buurt, wat we dan aten aan een lange tafel beneden naast de winkel Ze hadden drie kinderen, waaronder Jetteke, die een vriendinnetje van mij was.We gingen naar groenteboer Sinke in de Willebrordusstraat daarnaast zat een waterstokerij waar ik petroleum moest halen. Van der Giessen speelgoed had een zoon Piet die ook op de JvS zat. Iedere zaterdagochtend kwam er een draaiorgel voor onze deur met twee mannen aan wie mijn moeder 5 cent via het raam toe wierp. Ik moest naar een kapper op de Bergweg naast station Noord een lid van personeel noemden we Piet de Kortknipper.
Met vriendelijke groet, Dick van Hartingsveldt
ik zal eerst even zeggen wie ik ben.mijn meisjes naam is tineke kuijpers.ik heb tot september 1960 in de willebrordusstraat gewoond op nummmer 62.wij woonde daar met mijn ouders en vier meiden.in 1960 zijn mijn ouders kort na elkaar overleden.er zat tussen hun overlijden maar drie en een halve maand.
met mijn twee jongste zusjes zijn wij toen in een kinderhuis in wassenaar terecht gekomen.wat ik heel fijn vond aan jou serie over de willebrordusstraat was dat mijn oude huis er op stond.ik woonde vlak naast de kapper, tegen over de vrijenbansestraat,die kapper heette kaashoek,die hadden een dochter en een zoon,die heet jan. op pagina 17 van die serie staat een foto van drie kinderen achter een kruiwagentje,met daarop w.j.smit.de jngen er achter met het blonde haar is mijn neef joop smit,zijn vader reed altijd op een motor.het was een klein mannetje.misschien herinnert je dat nog wel nu ik het heb gezegd.ook heb ik op de juliana van stolbergschool gezeten.n.l.van1951 tot 1956.in de eerste klas had ik juffrouw hoogerbrugge dat staat in mijn rapport,in de tweede klas was dat mevr.jongeneel,in de derde klas mevr franckenen mevr of men van tilburg.de laatste weet ik niet precies meer.in de vijfde klas was dat meneer meijer,kan jij je ook nog herinneren dat die man altijd in zijn neus zat te pulken,en dat we ook een versje over hem hadden.dat ging zo,meneer meijer maak uw broek wat wijer,maak hem maar niet al te wijd,dat hij van uw reet afglijd.niet netjes maar ik kan het nog steeds,in de zesde klas was ook mijn meester meneer schouten.ik ga in mijn foto albums zoeken naar foto/s uit die tijd van zo wel de straat als van de school.ik vraag dan aan mijn man of hij ze dan naar jou stuurdmet allebei de gegevens uit die tijd ben ik byzonder blij.hartelijke groeten van tineke bertram kuijpers.
1979 - 1980
Meester Sprokkereef
Basisschool Sjaloom
Naast meester Sprokkereef zoon Jan-Dirk
Ik las wat gesteggel over de identiteit van Meester Sprokkereef. Gelukkig had zoon Jan-Dirk daarover al opheldering gegeven. Ik zat bij Jan-Dirk in de klas op basisschool Sjaloom. De hoofdmeester daar was.... jawel, zijn vader.
De komplete foto en verhaal staan ook op schoolbank.nl
Esther Buijs-Morren
Van 1 maart 1958 tot 1 december 1959 was ik onderwijzer aan de Juliana van Stolbergschool.
Ik gaf les in klas 3. Mijn collega's waren mevrouw Clausing , mevr. van Reekum en Scholten
Bij mijn vertrek werd ik opgevolgd door de heer Sprokkereef.
Mijn vrouw en ik verhuisden naar Harlingen.
In oktober 1962 vertrokken we naar Terneuzen, waar ik les ging geven aan de ULO.
In 1984 heb ik het onderwijs verlaten en werd predikant in Bredevoort.
Vervolgens gingen we in 1990 naar Oosterland (Zeeland)
Johan Hanekamp
Ik heb nog een paar aanvullingen betreffende de Juliana van Stolbergschool op de Roderijselaan.
Ik heb van 1944- 1946 op de kleuterschool gezeten bij juffrouw Lans. De school is toen ook een paar keer ontruimd geweest en moesten we naar een andere school ik dacht volgens mijn moeder naar de Berkelselaan maar dat weet ik zelf niet en navragen kan ik het niet meer. Bij deze doe ik in de bijlage een foto als afscheid van de kleuterschool, met juf Lans.
Zelf sta ik 4e van links met strik. Het kleine jongentje voor op de grond met schep is een van de jongens van de groentenboer Sinke Hij heeft later een groentenzaak in de Benthuizerstraat gehad.
Van 1946 -1952 heb ik op de grote school gezeten. We werden 1x of 1x per 2 jaar gecontroleerd op tbc met een schrapje. Dat is mij bij gebleven omdat ik van de lisol-lucht ben flauw gevallen daar werd je arm mee ontsmet. Het hele lokaal stonk er naar. De keer daarop mocht ik op de gang geholpen worden, daar was de lucht (stank) minder. We werden ook gecontroleerd op luizen en dat vond ik zelf nogal vernederend.
Er kwam ook een tandartsbus bij school om kleine gaatjes te vullen had je meer last of te veel dan moest je naar een tandarts die zij in de buurt wisten en die zat in de Bergselaan. Een niet van drank af blijvend persoon.
In 1998 heb ik om mijn inschrijvingsformulier gevraagd van school, maar in 1993 is het hele archief door waterschade verloren gegaan.
Juf. Schop is mij bij gebleven omdat ze heel mooi kon vertellen en meester Keers is mij bijgebleven door aardrijkskunde en geschiedenis, nu nog interesse erin. Meester Oudshoorn die was streng maar reuze aardig en niemand zei iets over zijn bochel ook niet buiten de school.
Zelf heb ik in de Ackersdijkstraat 121a gewoond, (in het gedeelte van de Willebrordusstraat naar de Bergselaan) naast de waterstokerij van de fam. Spitters.
Mijn vriendje Cor Polak heeft bij ons nog een keer verstopt gezeten in de klerenkast. Half joods. Ik werd in bed gestopt zogenaamd een middag slaapje.
Recht tegenover ons woonde de bloemenkoopman Gerritsen. Hij stond s' zondags tegenover het Bergwegziekenhuis zijn bloemen te slijten en de rest van de week stond hij op de hoek Zwart Jansstraat en Pijnackerstraat (Hij zat veel op de hoek in het cafe) die over ging in de Benthuizenstraat.
In de Willebrordusstraat naast de groentenwinkel Sinke heeft een bakker gezeten en daarnaast de melkwinkel van Aurora Toen ik 5 werd het was nog oorlog heb ik voor mijn verjaardag een boterham met smeerkaas van haar gekregen dat was een godsgeschenk.
Het was vroeger een heerlijke buurt om in op te groeien.
Nel Kleinstra-Blanken
Ik zou het fijn vinden als u deze foto ook kunt plaatsen misschien dat zich nog iemand aan die tijd herinnerd.
Mijn naam is Marjoke Seltenrijch, ben in 1958 in de erste klas gekomen bij mevrouw Welzenes, de hoofdmeester was meneer Renesse.
Bijgaand mijn foto:
klik hier voor onze foto pagina over de Willebrordusstraat en omgeving |
---|
![]() |
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker .... |
Terug naar de top |
---|