(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen) |
Terug naar het Engelfrieten overzicht |
---|
Naar beneden |
---|
Liep Aad tegen een boek op waarin deze foto stond.... wel uit 1951, maar Aad herkende er meteen een aantal van. Uit welk boek ?Van Zorg en Zegen
1901 - 1951
Gedenkboek 1e Chr. HBS
Rotterdam
gaan we op deze en andere pagina's uit voorlezen op onze site
College van leraren der Chr. H.B.S. in 1951
Nieuwgierig hoe al die leraren heetten, klik dan even op deze Reunie HBS link, misschien even zoeken, maar de bovenstaande foto staat er ook in en daaronder....
In de loop van het jaar 1898 vertoonden zich de eerste verschijnselen van ontwakend leven op het gebied van het christelijk middelbaar onderwijs. In dit jaar toch, vormde zich op 5 Mei een voorlopige Commissie, die zich ten doel stelde te komen tot de stichting van een christelijke school voor middelbaar onderwijs. Teneinde dit te bereiken werd allereerst getracht in breder kring belangstelling voor dit doel te wekken en een poging ondernomen om te komen tot de oprichting van een schoolvereniging, die zich de stichting van zo'n school tot taak stelde.
Bekende voorstanders van christelijk onderwijs in de provincie Zuid-Holland ontvingen in de maand Juni van 1898 een circulaire van de volgende inhoud:
L.S.
Ondergeteekenden hebben de eer U dringend uit te noodigen tot eene vergadering, in het belang van Middelbaar en Voorbereidend Hooger Onderwijs op Gereformeerden grondslag.
De vergadering zal gehouden worden op DINSDAG 5 JULI a.s. te ROTTERDAM des voormiddags te 10 ure, in het gebouw Obadja, Prinsenstraat.
Het agendum is als volgt:a. Mededeelingen van de Commissie.
b. Voorstel tot oprichting eener Vereeniging voor Middelbaar en Voorbereidend Hooger Onderwijs op Gereformeerden grondslag.
c. Voorlezing van de Concept-Statuten.
d. Verkiezing van een Bestuur.
e. Wat verder ter tafel zal worden gebracht.
De Commissie:
A. VAN VEELO.
T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK.
A. W. SCHIPPERS.
A. VAN NAMEN.
J. C. VON BRIEL SASSE.
J. H. LANDWEHR.
C. B. BAVINCK.
P. A. E. SILLEVIS SMITT.
R. J. W. RUDOLPH.
J. H. M. G. WOLF. Scriba.
De belangstelling voor de vergadering bleek niet overmatig groot, - een zestigtal broeders en enkele zusters waren aanwezig - maar had toch het resultaat, dat tot oprichting van deVereeniging voor Middelbaar Onderwijs,
Handelsonderwijs en Voorbereidend Hooger Onderwijs
op Gereformeerden grondslag
in de provincie Zuid-Holland
besloten werd; een bestuur werd gekozen, de statuten vastgesteld; tijdens de vergadering werd ingetekend voor f 320.- aan jaarlijkse contributies en kwamen twee giften binnen, resp. van f 500.- en -f 250.-; aan stichtings-kapitaal was daarmee f 1350.- bijeen. Op de vergadering werd ook mededeling gedaan van de adviezen, die door het voorlopig comité ingewonnen waren bij Prof. Woltjer, Prof. Bakhuis Roozeboom, de Heer Bijleveld en een deskundige op het gebied van het middelbaar onderwijs, die zelfs een leerplan ontworpen had, terwijl ook een berekening van inkomsten en uitgaven over drie jaar voor een school voor middelbaar onderwijs ter tafel was.
Uit de gevoerde discussie bleek, dat de vergadering in haar grote meerderheid er voor was, dat allereerst een school voor middelbaar onderwijs zou geopend worden. De leden van de Commissie werden in het bestuur gekozen; alleen de Heer Wolf wenste niet in aanmerking te komen wegens aanstaand vertrek naar Brussel; in zijn plaats werd Dr. H. Visscher gekozen.
In de bestuursvergadering, die volgde, werd Jhr. Mr. T. A. J. van Asch van Wijck te s-Gravenhage als voorzitter aangewezen, Ds. A. van Veelo te Rotterdam als secretaris, de Heer A. W. Schippers te Vlaardingen als penningmeester.
Uit de woonplaats der bestuursleden (van Namen woonde in Zwijndrecht, Mr. von Briel Sasse in Woerden. Ds. Landwehr in Rotterdam, Dr. Visscher in Delft, Ds. Sillevis Smitt in Rotterdam en Ds. Rudolph in Leiden) kan men opmaken, dat de vereniging in haar opzet een provinciaal karakter had, al was ze gevestigd te Rotterdam.
Al spoedig was men het er over eens, dat Rotterdam de aangewezen plaats was voor een te openen school, daar deze stad voor een groot deel der provincie gemakkelijk te bereiken was. Het centrum der bestuurswerkzaamheid werd in verband daarmee Rotterdam en dit had weer tot gevolg, dat in een nabije toekomst het gehele moderamen van het bestuur in Rotterdam woonachtig was.
De oprichters der vereniging hebben ook niet slechts een locaal belang op het oog gehad, maar zagen in de stichting van deze eerste vereniging voor christelijk middelbaar onderwijs een landsbelang en hoopten, dat de oprichting navolging zou vinden en de stoot geven tot stichting van zusterverenigingen op andere plaatsen.
Bij het voeren van propaganda werd hierop telkens met nadruk gewezen, terwijl het bestuur hierin ook een grond vond om in uitgebreider kring aan te kloppen om financiële steun.
Het bestuur begon op de dag der oprichting (21 Juli) zijn werk met goede moed. Omdat men wel inzag, dat een behoorlijke financiële basis vereist werd om met kans van slagen een middelbare school te beginnen, werd besloten, dat elk der bestuursleden zoveel mogelijk zou trachten f 300.- in te zamelen.
Ds. J.H. Landwehr
Voorzitter van het Schoolbestuur van 1900 - 1920
we zullen hem nog vaker tegenkomen in onze verhalen
Aan Ds. Landwehr werd opgedragen een circulaire te ontwerpen, waarmee in brede kring propaganda gemaakt kon worden om leden en contribuanten te winnen en het werd noodzakelijk geacht, dat gedurende het eerste jaar een agent werd aangesteld om in de provincie voor de vereniging te werken.
Als we nu met een ervaring van een halve eeuw op het gebied van het christelijk middelbaar onderwijs in de eerste notulen van het bestuur lezen, dat besloten werd om ,,zoo eenigszins mogelijk, reeds in Januari 1899 eene school voor Middelbaar Onderwijs te openen", dan krijgen we de indruk dat het bestuur met meer élan dan met kennis van zaken aan het werk toog.
Niet alleen doet die datum, die midden in een cursusjaar valt, eigenaardig aan. maar het gehele besluit bewijst, dat het bestuur niet ten halve besefte, voor welke moeilijkheden het kwam te staan en hoe groot die moeilijkheden waren. Maar zou dit bestuur alleen staan in dezen of zal het andere besturen van op te richten scholen, zelfs nu ze van alle kanten kunnen worden voorgelicht, niet enigszins op dezelfde wijze gaan ? De circulaire, opgesteld door Ds. Landwehr, waarvan ieder bestuurslid er 500 zou ontvangen, terwijl een duizendtal bestemd was om in de provincie te werken, luidt aldus :
Aan deze circulaire was een intekenbiljet verbonden, waarop men de grootte van zijn gift kon bepalen en een intekenlijst, waarmee men kon werken bij anderen om contributies en giften te verzamelen. Het eerste biljet had de volgende inhoud:
Aan allen die belang stellen in een Christelijke Opleiding onzer Jongelingschap in de Provincie Zuid-Holland :
L.S.
Vergunt ons door deze tot U te komen, om uwe aandacht te vestigen op een voor onze Provincie en voor heel ons Vaderland zeer gewichtig belang.
Tot heden bestaat er in heel ons land geene inrichting, zooals wij beoogen, waarin Chnstenouders met eene vrije conscientie hunne kinderen kunnen laten voorbereiden voor een eenigszins hoogere levenspositie, behalve alleen voor Universitaire opleiding.
Hierdoor bleef tot heden een gewichtig volksbelang door de Belijderen des Heeren onbehartigd, de geschiktheid voor allerlei burgerlijke en maatschappelijke betrekking voor het meerendeel werd gevonden bij de ongeloovigen en daardoor een breed terrein van ons volksleven aan den invloed van dat ongeloof ten prooi.
Dit mag niet langer zoo blijven en wij hopen ook dat het niet heel veel langer zoo blijven zal, wanneer gij ons uwe medewerking tot het voorgestelde doel niet zult ontzeggen.
Op Dinsdag 5 Juli werd door een zestigtal broederen en eenige zusteren in het lokaal , Obadja te Rotterdam vergaderd, onder diep gevoel der dringende noodzakelijkheid en onder opzien tot den Heere onzen God die daartoe reeds lang roept, eene Vereeniging gesticht "voor Middelbaar-, Handels- en Voorbereidend Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag".
Het doel dezer Vereeniging is, volgens Art 1 harer statuten :
De Vereeniging stelt zich ten doel het verstrekken van Middelbaar-, Handels- en Voorbereidend Hooger Onderwijs en is gevestigd te Rotterdam.
Haar grondslag wordt omschreven in Art 2:
"Het volstrekt gezag der Heilige Schrift erkennende, staat de Vereeniging op den grondslag der Gereformeerde beginselen, gelijk die zijn uitgedrukt in de Formulieren van Eenigheid - de belijdenis, den Heidelbergschen Catechismus, de Canones van Dordrecht".
Zij beoogt de algemeene ontwikkeling der zonen van ons volk en hunne voorbereiding voor het Koninklijk Instituut der Marine te Willemsoord, de Cadettenschool, de Militaire Academie, de Politechnische School, het toelatingsexamen voor surnumecair bij belastingen, posterijen, telegrafie en wat verders mocht blijken noodig te zijn, behalve nog volledige opleiding voor den handel en zoodra dit kan, Gymnasiaal onderwijs.
De contributie voor het lidmaatschap dezer Vereeniging is zeer laag gesteld en bedraagt minstens f 2 50 per jaar of een schenking voor eens van f 50-. opdat zoovelen mogelijk aan deze werkzaamheid, waarbij heel het volk belang heeft, kunnen deelnemen.
Indien voldoende geldelijke steun wordt verkregen en daarvoor bestaat goede hope, zal de school in September 1899 worden geopend en aanvangen met eene inrichting voor Middelbaar onderwijs, om daaraan zoo spoedig mogelijk eene Handelsschool te verbinden.
Gij gevoelt, dat aan zoodanige school in onze provincie dringend behoefte bestaat; daarom roepen wij dan ook met vrijmoedigheid, inzonderheid de Christenen in Zuid-HolIand op, deze goede en noodige zaak te steunen met hunne gebeden, gaven en medewerking.
De school zal worden gevestigd te Rotterdam, waarheen men uit bijna heel de provincie zich het gemakkelijkst kan begeven en het schoolgeld zal zoodanig worden geregeld, dat dit lager is voor degenen, die buiten Rotterdam wonen. De lesuren zullen dus worden geregeld, dat de leerlingen uit het grootste gedeelte der provincie des nachts thuis kunnen zijn en, wanneer mocht blijken, dat sommige Ouders hunne kinderen liever te Rotterdam laten blijven, dan zal het Bestuur pogingen in het werk stellen om daarin op geschikte wijze tegen matigen prijs te voorzien.
Broeders, Zusters! vult het hier bijgaand inteekenbiljet naar vermogen in, werkt er mede in uwe omgeving en zendt het zoo spoedig mogelijk ingevuld terug aan onzen Penningmeester, den Heer A. W. Schippers te Vlaardingen.
Eerst wanneer een som van f 5.000.- in giften van minstens f 25.- als stichtingsgave is ingeschreven en op f 3.000.- jaarlijksche bijdrage kan gerekend worden, zal met vrijmoedigheid tot de opening der School worden overgegaan.
Aan stichtingsgaven is reeds toegezegd f 1.700.-. zoodat nog f 3.300,- ontbreekt.
Verblijdt ons dus met uw steun en medewerking, uwe conscientie. uwe liefde tot ons volk en tot uwe zonen dringe er U toe!
De Heere wil het!
Het Bestuur der Vereeniging voornoemd:
(volgen de namen en woonplaatsen der leden). Rotterdam, Juli 1898.
De ondergeteekende verbindt zich tot de hierbij vermelde stichtingsgave voor eens, ten behoeve der Vereeniging voor Middelbaar, Handels- en Voorbereidend Hooger Onderwijs in de Provincie Zuid-HolIand, gevestigd te Rotterdam, waarover, indien zij niet vroeger bij den Penningmeester werd gestort, zal worden beschikt onmiddellijk na de opening der school.
De Somma van .................................... ......................... 1898
Handteekening:
Klik hier voor de overige HBS Henegouwerplein verhalen |
---|
![]() |
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker .... |
Terug naar de top |
---|