Een e-mail sturen naar Aad? Zijn e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Engelfrieten overzicht

Naar beneden 

Rotterdam de 10de mei 1940 volgens persberichten

Een zeer gewaardeerde bijdrage van Gerrie van der Laan

Heb je een vraag of opmerking voor Gerrie van der Laan, stuur dan Aad, de webmaster, een email:
aad@engelfriet.net

Op onze site kun je meer vinden over de in dit verhaal genoemde namen en aspekten, gebruik daarvoor onze zoekmachine:

Klik hier als je wilt zoeken via Aad's Freefind search engine, vul in het venster jouw woord in, bijvoorbeeld Rotterdam en klik op ENTER




Rotterdam de 10de mei 1940 volgens persberichten

Met als enige uitzondering wellicht het bombardement van Warschau, kent de wereldgeschiedenis na de tweede wereldoorlog geen groter massamoord, dan de door niets gerechtvaardigde en uitsluitend door bloeddorst of wraakzucht ingegeven bestoking vanuit de lucht van Rotterdam, dat aan de vooravond stond van de herdenking van zijn zeshonderd jarig bestaan. Een golf van afgrijzen ging over geheel de wereld, toen de eerste berichten over het bloedbad, dat werd aangericht, bekend werden. De tientallen gedode en gewonde burgers, die aan de wraakzucht van Hitlers satellieten tol hebben moeten betalen, zullen immer een barrière blijven vormen voor elke toenadering in de toekomst met de Duitsers, afgezien uiteraard van de volkomen ongemotiveerde en laaghartige aanval op ons Moederland zelf, die steeds als een onuitwisbare smet op het Duitse volk zal blijven rusten.

De eerste - gelukkig overdreven - berichten spraken van niet minder dan honderdduizend doden en een onberekenbaar aantal gewonden. De Duitsers raamden het aantal doden op driehonderd, doch de "juistheid" van deze opgave kon niet beter worden geïllustreerd dan door een moedige geestelijke, die opmerkte, dat tot deze driehonderd doden er uit zijn parochie alleen al achthonderd behoorden! Wekenlang werden nog dagelijks driehonderd doden onder de puinhopen vandaan gehaald en ook eerst weken ná het vreselijke bombardement was de laatste brand in de Maasstad geblust. Een correspondent van United Press bracht op 23 mei een bezoek aan Rotterdam en seinde het volgende over zijn bevindingen. In de tijd van 1 uur en 35 minuten verwoestte de Duitse luchtmacht, tijdens de inval in Nederland, één vierkante mijl van de stad Rotterdam en doodde tussen driehonderd mensen - volgens de officiële Duitse raming - en vijftigduizend, volgens de hoogste Nederlandse taxatie. Een kapitein der Duitse luchtmacht vertelde mij, dat mogelijk "verscheidene duizenden lijken" het resultaat van het bombardement zijn geweest. Neutrale bronnen en een Nederlandse priester, die een onderzoek hadden ingesteld en inlichtingen hadden ingewonnen bij geneesheren en ziekenhuizen, taxeerden het aantal doden tussen vijftien- en twintigduizend.

Ik heb de verwoesting gezien, welke de Duitse bommenwerpers aangericht hebben tijdens hun driedaagse vluchten, op last van het Duitse oppercommando ondernomen. Toen ik de ruïnes maandag, 20 mei, in ogenschouw nam, steeg er nog altijd rook uit op, zes dagen nadat de bliksemoorlog deze stad van 600.000 inwoners verpletterd had. De volledige verwoesting vooral van zaken- en oude woonwijken was verschrikkelijk. Stenen gebouwen van twee tot tien verdiepingen hoog waren ineengestort en in puinhopen veranderd. Hier en daar zag ik een zwartgeblakerde muur; enkele ijzeren balken stonden nog overeind te midden van de ruïnes. Hoe groot de materiële schade was, kan men slechts gissen. De meeste van Rotterdams belangrijkste kantoorgebouwen en banken lagen in het verwoeste gedeelte van de stad. Hier en daar tussen de ruïnes bleef een enkel gebouw gespaard; van sommige gebouwen, vooral aan de rand van de stad waren slechts de ruiten gebroken, terwijl de schade hier voor het overige betrekkelijk gering was. Over het algemeen bood Rotterdam echter een beeld van de grootste verwoesting. Volgens het officiële Duitse verslag van het bombardement had de verwoesting plaats, nadat de Nederlandse commandant het Duitse ultimatum voor overgave met een bedenktijd van drie uren had laten expireren.

Een kapitein der Duitse luchtmacht verklaarde, dat de Duitse vliegtuigen van tevoren geïnstrueerd waren om het district te bombarderen, zodra de drie uren voorbij waren, tenzij de stad gecapituleerd had. Hij zei dat het mogelijk was een tegenbevel voor het bombardement uit te vaardigen en te voorkomen, dat het grootste deel van de vliegtuigen in actie zou komen, maar dat een gedeelte van de luchtmacht de actie begon voordat het hiervan kon worden weerhouden. Ik zag de "Statendam", het grote schip van de Holland-Amerika Lijn, langs de zuidelijke oever van de Maas liggen, terwijl de rookzuilen er nog altijd uit opstegen. Ik kreeg tegenstrijdige inlichtingen omtrent het aantal mensen, dat zich in gebombardeerde wijken bevond, op het ogenblijk dat de Duitse vliegtuigen hun bombardementen inzetten. Duitse officieren zeiden dat de meeste burgers bevel hadden gekregen de thans verwoeste wijken te verlaten, toen de strijd op 10 mei een aanvang nam, en dat de meesten dit bevel opgevolgd hadden. Uit neutrale bronnen vernam ik echter, dat enige mensen vertrokken waren, doch dat de meesten zich er nog bevonden toen het bombardement begon.

Op de leugenachtigheid van de Duitse beweringen, die deze correspondent weergeeft, behoeven wij niet verder in te gaan. Heel de wereld weet, dat Holland de wapens reeds had neergelegd, toen het bombardement een aanvang nam, terwijl de Duitsers bekend waren met de omstandigheid, dat de verwoeste wijken niet waren verlaten.

Bij zijn eerste bezoek aan Rotterdam had Seyss Inquart de impertinentie de verwoesting der stad slechts een "beschadiging" te noemen en te verontschuldigen, omdat Duitse soldaten daar waren opgesloten. Welk een omvang deze "beschadiging" uiteindelijk bleek te hebben, moge blijken uit het relaas van de "Provinciale Gelderse en Nijmeegse Courant" van 24 mei, welke kort geleden hier te lande werd ontvangen.

Zonder overdrijving, aldus het blad, kan men zeggen, dat de gehele binnenstad in puin ligt. Slechts enkele belangrijke gebouwen zijn blijven staan, waarvan in de eerste plaats het stadhuis genoemd dient te worden. Wel is het aan de achterzijde beschadigd, maar het grote bouwwerk, waaraan zoveel jaren is gewerkt, is vrijwel geheel intact gebleven. Ook van het daarnaast aan de Coolsingel staande postkantoor is een groot deel gespaard gebleven. Daarachter staat aan het Haagse Veer het nieuwe politiebureau, dat weliswaar door een bom is getroffen, maar naar verhouding niet zo ernstig is beschadigd. Het grote deel van de diensten kon in het gebouw gevestigd blijven. Ook het nieuwe beursgebouw aan de Coolsingel staat nog overeind, al heeft het aan de zuidzijde ernstige schade opgelopen. Merkwaardig is dat een zeer hoog opgetrokken nieuw gebouw bij het Calandplein, het zogenaamde Erasmushuis, volkomen onbeschadigd is gebleven; het staat ongerept te midden van de onafzienbare puinhopen. Verder moet van de gespaard gebleven gebouwen van betekenis nog genoemd worden het bekende Witte Huis, de eerste wolkenkrabber van Nederland. Hiermede zijn vrijwel alle gebouwen van enige betekenis, welke in de binnenstad nog intact zijn, opgenoemd. De rest is veranderd in een troosteloze ruïne. Wanneer men bij het Witte Huis staat, kan men op het ogenblik ongeveer in de richting van Overschie zien. Het gezichtsveld is daar geheel vrij, daar de bebouwing verdwenen is.

Een verslaggever van "Tubantia" meldt, dat Rotterdams winkelcentrum, de Hoogstraat, geheel is verdwenen. Honderden winkels, onder andere de grote magazijnen van C. & A. en V. & D., zijn met hun gehele inventaris verwoest. De Nederlands Hervormde Kerk en de bekende bioscoop Thalia hebben dit lot gedeeld. Op de Coolsingel is het gebouw van de Bijenkorf geheel verwoest. De Passage, de overdekte galerij tussen het Calandplein en de Korte Hoogstraat, ligt volkomen in puin. Een gebied, dat begrensd wordt door de Maas, de Westersingel, de Noordsingel, de Gedempte Slaak en een deel van de Ouden Dijk tot achter het Maasstation is volkomen verwoest. Zo is bijvoorbeeld de gehele Goudse singel verdwenen, waaraan tal van belangrijke gebouwen lagen, onder andere Cats' papierfabrieken en het antirevolutionaire dagblad "De Rotterdammer". Niets is er meer over. De aansluitende Pompenburgsingel is eveneens zwaar getroffen, waarbij het grote bioscooptheater van Tuschinsky, het Grand Theatre, in puin viel. Het Hofplein, aan welks vergroting men reeds maanden bezig was, bestaat niet meer. Het station van de elektrische spoorweg met het bekende restaurant Loos is daarbij een ruïne geworden. Hier stond ook eenmaal de bekende Delftse Poort, welke om de zo dringend noodzakelijke vergroting van het Hofplein mogelijk te maken, indertijd zorgvuldig is afgebroken en op een andere plaats in de nabijheid weer is opgebouwd. Al dit werk is vergeefs geweest; van de mooie oude Delftse Poort staat alleen het onderste stuk nog overeind.

Het zogenaamde Slagveld heeft eveneens zwaar geleden; daar zijn de gebouwen van het Rotterdamse Nieuwsblad verdwenen. De Stationsstraat - wij doen slechts hier en daar een greep - ligt eveneens in puin. Evenals het Maasstation aan de oostzijde der stad, is ook het station Delftse Poort, het voornaamste gebouw van de Maasstad, verwoest, welk lot ook het Beursstation heeft getroffen. Achter en opzij van het station D.P. Ligt ook de vroegere Diergaarde, waarvan het grote gebouw dienst deed voor het houden van vergaderingen en congressen. Ook dit gebouw is getroffen. Verder doorgaande bereikt men de Kruiskade, welke een even troosteloze aanblik biedt als de Hoogstraat. Alleen het bekende hotel "Centraal" staat hier nog overeind. De gehele Kruiskade tot aan het pleintje, waar de Westkruiskade begint, is met alle zijstraten verdwenen. De overdekte zweminrichting van de Tuinderstraat heeft hetzelfde lot ondergaan als alle gebouwen in deze straat. Alle gebouwen, tot aan de Westzeedijk toe, welke uitkomen op de Westersingel, zijn verwoest, onder andere de Van Oldenbarneveldstraat en de Binnenweg. Van de Witte de Withstraat is alleen het achterste gedeelte voor het bombardement gespaard gebleven. Vlak bij het gebouw van de "Nieuwe Rotterdamse Courant" neemt de verwoesting een einde. De N.R.C. is het enige dagblad in Rotterdam, welks gebouwen intact zijn gebleven. De drukkerijen van de andere bladen zijn alle vernietigd. Van het complex van de "Maasbode" aan de Grote Markt is niets meer over. Alleen het standbeeld van Erasmus op de Markt is onbeschadigd. Ook het complex van het sociaaldemocratische dagblad "De Voorwaarts" aan de Gedempte Slaak is verwoest. Van de bekende winkelstraten, welke geheel zijn verdwenen, noemen wij nog de Jonker Fransstraat, de Goudse Weg en de Botersloot. Merkwaardigerwijze staat aan laatstgenoemde straat nog een gebouw overeind, n.l. de Openbare Leeszaal en Bibliotheek, welke nagenoeg geen schade heeft opgelopen. Een begin van brand in de krantenvoorraad op zolder is bijtijds door het personeel geblust.

Zoals gezegd, is het niet mogelijk een volledig beeld te geven van wat verloren ging. Men kan slechts een greep doen. Er is al enorm veel gedaan aan de sanering van de oude stad. Van hetgeen er van oud-Rotterdam nog was overgebleven, zoals de Oppert, de Delftse Vaart, de gedempte Binnen-Rotte, de Steiger en het Beursplein, is niets meer over. Het oude beursgebouw, dat in 1724 werd gebouwd en in welks toren zich een klokkenspel bevond, is verwoest. Dit is ook het geval met alle gebouwen aan de Blaak. In het water langs de Blaak liggen tal van ten dele gezonken schepen, welke vermoedelijk ten gevolge van de luchtdruk van hun ligplaats zijn losgerukt. Aan de overzijde van het water stond het grote gebouw van de Nederlandse Handel Maatschappij. Het oude museum Boymans is er goed afgekomen, evenals het winkelcomplex van Gerzon. De daar uitmondende Schiedamse Dijk is eveneens van de aardbodem weggevaagd. Deze brede straat bestond uit vele tientallen cafés en dancings, onder andere "Cosmopoliet" en "Alcazar", waarvan niets is overgebleven. Behalve de bioscopen zijn ook de theaters van Rotterdam verwoest, onder andere de in 1887 gereedgekomen Grote Schouwburg en de Tivoli-Schouwburg aan de Coolsingel. Het concertgebouw "De Doelen" is vernietigd; het grote gebouw was enige jaren ervoor geheel vernieuwd. Ook het bekende café Pschorr ligt in puin. Van "Atlanta", het grote hotel aan de Coolsingel, bestaat nog een gedeelte, maar het is de vraag of het gebouw nog kan worden hersteld. Alle andere bekende cafés aan de Coolsingel zijn verdwenen, onder andere Heck's lunchroom. De gebouwen van de Rotterdamse Bank aan de Boompjes, de Marinierskazerne bij het Oostplein en het in die omgeving gelegen Ooglijdersinstituut en Dobbelmans' tabaksfabrieken zijn verwoest.

Zwaar geteisterd zijn de binnenhavens, onder andere de bekende Leuvehaven, waar tal van Rijnaken en andere schepen zijn gezonken. Zover bekend zijn van de grote schepen de "Statendam", de "Dinteldijk" en de "Boschdijk" vernield, terwijl de "Veendam" onbeschadigd is gebleven. Het oorlogsschip "Johan van Brakel" is in de Merwedehaven gezonken. Het Noordereiland en de Van der Takstraat en omliggende straten hebben ernstig te lijden gehad onder het bombardement van de Nederlandse artillerie; een groot deel van het Noordereiland is verwoest. De overzijde, Rotterdam-Zuid is er goed afgekomen, al zijn er bij het bombardement van Waalhaven ook grote ravages aangericht. Het nieuwe Westen heeft grotendeels geen schade, evenmin de nieuwe wijken in het noorden. Op Kralingen, gelegen aan de oostzijde der stad, is echter zeer ernstige schade aangericht; daar liggen ook verschillende straten in puin. De meeste kerken van Rotterdam zijn aan de verwoesting ten offer gevallen. In de eerste plaats moet daarvan genoemd worden de Grote of Sint Laurenskerk. Slechts enkele brokstukken van muren zijn blijven staan. De toren, welke enige jaren ervoor werd gerestaureerd, staat er echter nog, hoewel dit mooie bouwwerk ook ernstige schade heeft geleden. Vele graftomben van beroemde mannen bevonden zich in deze kerk, onder andere van luitenant-admiraal Witte Cornelisz. de With, Egbert Meeuwz, Kortenaer en Johan van Brakel. De bekende Lutherse Kerk aan de Wolfshoek met de groene koepel is geheel verdwenen. Voorts de R.K. Kerk van de H. Dominicus en de Nederlands Hervormde Kerk aan de Hoogstraat, de Doopsgezinde Kerk aan de St. Laurensstraat, de grote R.K. Kerk aan het Bosje, de Hervormde Kerk aan de Kruiskade, de Gereformeerde Kerken aan de Ammanstraat en nabij de Goudse straat, de Synagoge, de R.K. Westerkerk, de R.K. Kerk aan de Van Oldenbarneveldstraat en de Synagoge aan de Boompjes en de Nederlands Hervormde Zuiderkerk aan de Gedempte Glashaven. Tot zover het Nijmeegse blad. Wij kunnen hier nog aan toevoegen, dat aan de Maaszijde de grens van het verwoeste gebied werd gevormd door het Duitse consulaat-generaal, dat volkomen onbeschadigd is gebleven. Dit bewijst wel, dat er "systeem" zat in het bombardement!




Een zeer gewaardeerde bijdrage van Gerrie van der Laan

Heb je een vraag of opmerking voor Gerrie van der Laan, stuur dan Aad, de webmaster, een email: aad@engelfriet.net

Op onze site kun je nog meer verhalen vinden van haar, gebruik daarvoor onze zoekmachine:

Klik hier als je wilt zoeken via Aad's Freefind search engine, vul in het venster jouw woord in, bijvoorbeeld Gerrie van der Laan en klik op ENTER






Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

17 Maart 2024